e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L269p plaats=Blerick

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
kruidenjenever kruidenjenever: kruide jenever (Blerick), kruidejenever (Blerick) kruidenjenever; Hoe noemt U: Jenever met kruiden (pop) [N 80 (1980)] III-2-3
kruidje-roer-me-niet kruidje-roer-me-niet: idiosyncr.  kruidje roer me niet (Blerick) Kruidje-roer-me-niet (Mimosa pudica L.) [N 92 (1982)] III-2-1
kruidnagel kruidnagel: kroednagel (Blerick) kruidnagel [SGV (1914)] III-2-3
kruidwijding onze-lieve-vrouw-kruidwijden: oos leevrouw kroedwien (Blerick) O.L. Vrouw Kruidwijding [SGV (1914)] III-3-3
kruidwis kruidwis: kroedwès (Blerick), kroetwis (Blerick, ... ), kroëdwus (Blerick), krōētwis (Blerick, ... ) Hoe heeten de kruiden, die gezegend worden? [SGV (1914)] || kruidwis [N 06 (1960)] III-3-2, III-3-3
kruien kruien: krui̯ǝ (Blerick), schurgen: sxørǝgǝ (Blerick) Een last met de kruiwagen vervoeren. [N 18, 100 add; Wi 33; S 19; L 29, 4; L 1a-m; RND 97; A 42, 13 add + 16 add; monogr.] I-13
kruik kruik: kroek (Blerick) kruik [SGV (1914)] III-2-1
kruim kruim: kroem (Blerick), Syst. WBD  kroem (Blerick) Het zachte binnenste van het brood (kruim?) [N 16 (1962)] || kruim [SGV (1914)] III-2-3
kruin kruin: kroen (Blerick), kroen van de kop (Blerick), kruun (Blerick), krôen (Blerick) kruin [SGV (1914)] || kruin van het hoofd [N 10 (1961)] III-1-1
kruipend ongedierte ongesiefer: ongesiefer (Blerick), pieren: idiosyncr.  pere (Blerick), wormen: idiosyncr.  wòrm (Blerick) wormachtig en kruipend gedierte [N 26 (1964)] III-4-2