e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Bocholt

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
schoft schoft: šoft (Bocholt) Het benige uitsteeksel dat de hals van de rug scheidt, het hoogste punt van de ruggegraat. Zie afbeelding 2.17. [JG 1a, 1b; N 8, 14, 32.1 en 32.2] I-9
schoftriem schoftriem: šōftrēm (Bocholt) Leren band van het borsttuig die over de schoft van het paard heen loopt. [N 13, 53] I-10
schoftzadel zadel: zāl (Bocholt) Het zadel dat een tussen berries ingespannen paard op de schoft draagt. [JG 1a, 1b; N 13, 64a; monogr.] I-10
schokken klatsen: klatsǝ (Bocholt), schudden: šødǝ (Bocholt) Gezegd van een kar of wagen. [N 17, 97] I-13
schokschouderen de schouders optrekken: šoͅuwərs oͅptreͅkə (Bocholt) schouders ophalen [schokschoere] [N 10 (1961)] III-1-2
schommel balanoire (fr.): ball`swaar (Bocholt), jokkel: ein jokkel (Bocholt, ... ), jókk`l (Bocholt), /  jókkɛl (Bocholt), suur: België (- Bocholt en Lozen), Gastel.  jokkel (Bocholt) / [SND (2006)] || Hoe heet het kinderspeeltuig, dat uit een plankje of bankje bestaat, welk door middel van twee touwen aan een dwarshout hangt en waarop het kind zich heen en weer laat zweven? [ZND 32 (1939)] || Schommel. [ZND 14 (1926)] III-3-2
schommelen jokkelen: jókk`le (Bocholt, ... ) b) zich op een schommel heen en weer bewegen [ruien, touteren, sturen, knijen, koggen, boeizen, rijtakken, rijrepen, toetouteren, takkenijen, hoeierzen, beizen] [N 112 (2006)] || Schommelen. III-3-2
school school: de wichter zeen nao de sjool (Bocholt), de wichter zeen nao sjool (Bocholt), šo:l (Bocholt) de kinderen zijn naar school [ZND 42 (1943)] || school [RND] III-3-1
schoolkinderen schooljongen: (ṣo:l)jiŋ (Bocholt), schoolwichten: (ṣo:l)wixtər (Bocholt) schoolkinderen [RND] III-3-1
schoolrapport bulletin (fr.): bull`tàè (Bocholt) Schoolrapport. III-3-1