e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Bocholt

Overzicht

Gevonden: 5095
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
buurten uchteren: get uchteren goun (Bocholt) Hoe heet het gebruik in de winter s avonds bij de buren te gaan zitten praten? [ZND 22 (1936)] III-3-1
buurvrouw nabuur: naber (Bocholt) buurvrouw [ZND 22 (1936)] III-3-1
c. geheel houten riek vruchtengaffel: vrøxtǝgafǝl (Bocholt) Een riek met brede platte tanden die onder tegen het blok zijn gespijkerd, om bladeren (of schillen van dennebomen, zoals door de zegsman aangegeven) bijeen te scharrelen, bijv. voor de potstal, of om kwetsbare vruchten, zoals peulen, op te scheppen. [N 18, 32] I-5
caleidoscoop kijkbus: kie:kbus (Bocholt) een kijker die eenvoudige daarin gelegde kleurige voorwerpjes veelvoudig weerspiegelt en zo regelmatige bij de geringste beweging telkens afwisselende figuren vertoont [caleidoscoop, kijkbus] [N 112 (2006)] III-3-2
calvarieberg op het kerkhof calvariegroep: calvariegroep (Bocholt) De beeldengroep op het kerkhof, bestaande uit Jezus aan het kruis en aan weerskanten daarvan Maria en Johannes [Calvariegroep, kruisgroep, Calvarieberg?]. [N 96A (1989)] III-3-3
cape omhanger: ómhangər(kə) (Bocholt) cape, grote ~, versierd met kant, strikken en fluwelen garnering [umhanger] [N 25 (1964)] III-1-3
capuchon kap: kap (Bocholt), kapje: kepke (Bocholt) capuchon van een regenmantel [tröt] [N 23 (1964)] III-1-3
carambole add. kameren (ww.): kaam`re (Bocholt) het raken van de rode bal en één van de beide witte met de andere witte bal waarmee gespeeld wordt in een bepaald biljartspel [carambole, karbel, kerbol, karbelhouwogen] [N 112 (2006)] III-3-2
cariës rotte tanden: rotte tan (Bocholt) Cariës: tandbederf, langzame vernietiging van het glazuur van de tand (wolf, rotte tanden, cariës). [N 107 (2001)] III-1-2
carnavalsoptocht stoet: stoet (Bocholt) de optocht met carnaval [cavalcade] [N 112 (2006)] III-3-2