| 32704 |
watervoor |
watervoor:
wɛtǝr[voor] (Q156p Borgloon)
|
Een watervoor is een meestal wat diepere voor die men vóór de winter over de akker trekt, om overtollig water te laten afvloeien. Een watervoor kan dwars op de normale ploegvoren liggen, in het midden van de akker (bij uiteenploegen), tussen de delen van een in panden geploegde akker of ook wel om de (reeds ingezaaide) akker heen. In het algemeen brengt men watervoren aan op laaggelegen of natte gronden, akkers met een laagte erin of op een hellende akker om te voorkomen dat de grond wordt uitgespoeld. De benamingen kunnen ook gebruikt worden voor de middenvoor (omdat deze vaak als watervoor fungeert), verder voor de brede of grove voren van een akker die "op de wintervoor" is gelegd om hem te laten uitvriezen of voor ondiepe waterlopen, greppels en geulen in het algemeen. [N 11, 59b; N 11A, 137k; N 11A, 137i add.; div.]
I-1
|
| 21675 |
wbd: afzeggen |
afzeggen:
ps. omgespeld volgens Frings.
koͅu̯p ōͅfsājə (Q156p Borgloon),
tenietdoen:
ps. omgespeld volgens Frings.
tə nejt duŋ (Q156p Borgloon)
|
ongedaan, De koop ~ maken [de koop ontdoen?] [N 21 (1963)]
III-3-1
|
| 21683 |
wbd: in trek |
beur hebben:
ps. omgespeld volgens Frings.
də eͅjər hømə bøər (Q156p Borgloon),
zə həbə bø͂ͅr (Q156p Borgloon)
|
Goed in de markt liggend, een goede prijs opbrengend [willig, b.v. de eieren zijn willig deze maand?] [N 21 (1963)]
III-3-1
|
| 21662 |
wbd: katten |
laten zitten:
ps. omgespeld volgens Frings.
lōtə zetə (Q156p Borgloon),
met een natte handdoek afdrogen:
ps. omgespeld volgens Frings. Boven de "#"moet nog een ~ staan; deze combinatieletter is niet te maken/om te spellen en heb alleen de "#"omgespeld.
hī heͅt əm oͅ~fgədrøͅi̯gt meͅt eͅnə noͅai̯tə handuk (Q156p Borgloon)
|
katten: Wat zegt men wanneer de koper de verkoper met zijn waar laat zitten, niet afhaalt wat hij gekocht heeft [katten? hij heeft gekat?] [N 21 (1963)]
III-3-1
|
| 21679 |
wbd: kwaadgeld = kwaadgeld |
kwaad geld:
ps. omgespeld volgens Frings.
kōətxailt (Q156p Borgloon),
ps. omgespeld volgens Frings. Boven de "@"(bij dØb@~) moet nog een ~ staan; deze combinatieletter is niet te maken/om te spellen en heb alleen de "@"omgespeld.
huvøͅi̯l kōi̯tgēͅlt es dōbeͅ~ (Q156p Borgloon)
|
kwaadgeld: Als men vindt dat iemand teveel vraagt, zegt men: "hoeveel ...... is daarbij"[kwaad-geld?] [N 21 (1963)]
III-3-1
|
| 21677 |
wbd: staartgeld / verschil |
kwaad geld:
ps. omgespeld volgens Frings.
kōi̯tgēͅlt (Q156p Borgloon)
|
verschil: Vraagt men aanvankelijk teveel geld voor wat men wil verkopen, dan moet men tenslotte vaak genoegen nemen met minder dan men eerst kon krijgen; hoe noemt men in zulk geval het verschil tussen wat men eerst kon krijgen en wat men tenslotte werkel [N 21 (1963)]
III-3-1
|
| 21663 |
wbd: verkopen voor |
laten:
ps. omgespeld volgens Frings.
... vər x fraŋ lōtə (Q156p Borgloon),
loͅai̯tə (Q156p Borgloon)
|
verlaten, Zegt men bij u: ik wil die geit voor zoveel geld wel ~ = voor die prijs wil ik ze wel verkopen [soelieje?] [N 21 (1963)]
III-3-1
|
| 22860 |
weddenschap |
weddenschap:
wêdenschap (Q156p Borgloon),
weddingschap:
wɛdiŋschu.p (Q156p Borgloon)
|
weddenschap [RND] || Wedding. [Willems (1885)]
III-3-2
|
| 20435 |
weduwe |
weef:
wêef (Q156p Borgloon)
|
weduwe [ZND 08 (1925)]
III-2-2
|
| 18275 |
weefsel, stof |
stof:
stôûf (Q156p Borgloon)
|
stof [ZND m]
III-1-3
|