e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Broekhuizen

Overzicht

Gevonden: 1136
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
meester meester: mɛistər (Broekhuizen) (school)meester [RND] III-3-1
meid, dienstmeid dienstmaagdje: dinsmɛxjǝ (Broekhuizen), maagd: māt (Broekhuizen), maagdje: mɛxjǝ (Broekhuizen) Meid is een noordelijke vorm, een samentrekking uit maged, maagd. Kok en keukense slaan op de keukenmeid. Dienstbode is een expansie uit de (Noord-)Nederlandse standaardtaal. [L 1, a-m; L 1u, 156; L 38, 10; RND 118; R 12, 30; S 6 en 23; Wi 6; monogr.] I-6
meikever meikever: meikèver (Broekhuizen) meikever [Roukens 03 (1937)] III-4-2
melk melk: męlǝk (Broekhuizen), mɛlk (Broekhuizen) De hoofdzakelijk uit water, eiwit, vet en melksuiker bestaande witte vloeistof die door het vrouwelijk rund wordt afgescheiden. Op de kaart is het woordtype melk niet opgenomen. [A3, 3; A 11, 1c; A 17, 17; A 7, 14; RND 40; RND 127; S 23; JG 1a, 1b, 2c; L 1a-m; L 4, 3; L 29, 5; NE 3, V 6n; Vld.; Gwn 10, 1; monogr.] I-11
melk van het paard biest: bist (Broekhuizen) De biest- of paardsmelk bevat ingrediënten die het veulen tegen verscheidene ziekten weerstand geven en die er bovendien voor zorgen dat het darmpek, de taaie, donkere substantie die zich in de darmen van het pasgeboren veulen bevindt (zie het lemma ''de eerste uitwerpselen van het veulen'' (5.7)), verwijderd wordt.' [N 8, 32.6 en 57] I-9
melkboer melkboer: mɛləgbu.r (Broekhuizen) melkboer [RND] III-3-1
melktanden melktanden: melktand (Broekhuizen), memmentandjes: memmentendjes (Broekhuizen), memmetendjes (Broekhuizen) melktanden [zuiktande, zeuktaant, mammetandjes] [N 10 (1961)] III-1-1
menneke, binnenste deel van het hok vork: vø̜rǝk (Broekhuizen) Het groepje van boven aaneengebonden schoven die in het midden van een hok staan. Kruis heeft wel betrekking op de werkwijze de middelste vier schoven, waar de andere schoven omheen staan, in een kruisvorm te zetten. Deze vier schoven worden niet overal aan elkaar gebonden. Zie afbeelding 7. [N 15, 32a; JG 1d, 2d; Goossens 1963, krt. 37; monogr.] I-4
merel melder: mèèlder (Broekhuizen) merel (25,5 overal bekend; man zwart met gele bek; pop zwak-gevlekt bruin; mooie zang; kooivogel; vergelijk met spreeuw [031] [N 09 (1961)] III-4-1
merg merg: merg (Broekhuizen), mērg (Broekhuizen) [N 10a (1961)] III-1-1