e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Broekhuizen

Overzicht

Gevonden: 1136
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
uitsliepen uitsliepen: iemand ùùtsliei̯pe (Broekhuizen), uutsliepe (Broekhuizen) uitsliepen [sliep oet doon] [N 07 (1961)] III-3-2
vaars beest: bɛst (Broekhuizen) Jonge koe van ongeveer twee jaar die nog geen kalf heeft gehad of voor de eerste maal kalft. [JG 1a, 1b; A 2, 38; A 4, 11; Gwn V, 6; L 8, 27; L 20, 11; R 3, 37; S 38 en 49; Wi 16; monogr.; add. uit N 3A, 20] I-11
vademen (de/een) naald(e) vamen: ǝn nǫlt vē̜mǝ (Broekhuizen), door de naald doen: dør dǝ nolt dōǝn (Broekhuizen) Een draad door het oog van een naald halen. In dit lemma zijn de objecten draad, garen, draad garen, vaam, vaam garen niet gedocumenteerd. [N 59, 68; N 62, 10; L 8, 29; L B1, 76; MW; monogr.] II-7
varken varken: vęrkǝ (Broekhuizen) Bedoeld wordt een varken in het algemeen, niet geslachtelijk of naar leeftijd onderscheiden. [N 19, 1; N M, 7; N C; N C, add.; RND 46 en 84; L 8, 19; L 8, 32; L mon.; S 39; JG 1a, 1b, 2c add.; R (s] I-12
vaste boord kraag: kraag (Broekhuizen) kraag, vaste halsboord van een overhemd [N 23 (1964)] III-1-3
vastenavond vastenavond: vasənoͅvənt (Broekhuizen) vastenavond [RND] III-3-2
vechten vechten: fɛ.xtə (Broekhuizen) Hij deed geheel de wereld vechten. [RND] III-3-1
vee beesten: biǝstǝ (Broekhuizen) Alle huisdieren samen: paarden, runderen en kleinvee. Vergelijk het lemma ''veestapel'' (13.12) in deze aflevering. [A 11, 4; JG 1a; RND 4, 31; RND 7, 31; RND 8, 31; RND 10, 31; Wi 52; N C, add.; Vld.; monogr.] I-11
veel drinken zuipen: zoepe (Broekhuizen) zuipen [DC 35 (1963)] III-2-3
veel te wijde broek flodderboks: flodderboks (Broekhuizen) broek, veel te wijde ~ [flodderboks] [N 23 (1964)] III-1-3