e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Broeksittard

Overzicht

Gevonden: 1132
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
straf geven straf geven: straf gaeve (Broeksittard), straffen: straove (Broeksittard) straf geven [SGV (1914)] || straffen [SGV (1914)] III-2-2
streng streen: strēn (Broeksittard) Een streng garen, een gewonden en veelal ineengedraaide bundel waarin garen in de handel komt. De woordtypen lood, half lood, loodje en onsje duiden op een bepaalde hoeveelheid gewicht garen. [N 62, 56c; L 7, 58; L 28, 14; Gi 1.IV, 25; MW; S 36; monogr.] II-7
streng (bn.) strang: strang (Broeksittard) streng (bijv. nw.) [SGV (1914)] III-1-4
streng garen [cf. wld ii.7: 24-25] streen: streen (Broeksittard) streng (garen) [SGV (1914)] III-1-3
stro struu: štrø̄ (Broeksittard) Halmen van gedorst koren. De algemene benaming. Zie ook de toelichting bij paragraaf 6.4. [JG 1a, 1b, 2c; L 7, 60a; R [s], 6; S 36; Wi 4; monogr.; add. uit N 5, 83] I-4
stroef sleeuw: sleè tenj (Broeksittard) sleeuwe tanden [SGV (1914)] III-2-3
stronk, boomstronk speen: špēn (Broeksittard) Wat blijft staan, de stomp met wortels, als een boom omgehakt is. [N 27, 8a; R 3, 2; Wi 11; L 7, 59; L B2, 343; Vld.; monogr.] I-8
strooien strooien: štrø̄i̯ǝ (Broeksittard) Hooi of stro onder het vee spreiden. [S 36; L 7, 61b; R(s] I-11
strooisel strooisel: štrø̜i̯sǝl (Broeksittard) Dat wat in de stal onder het vee wordt gestrooid. Dat kan vers stro zijn maar ook gehakt stro of afval na het wannen van gedorst graan. Verder gebruikte men bladeren uit hagen, eiken- en beukenbos en loof van struiken eveneens als strooisel. [N 6, 10; L 7, 61b; JG 1a, 1b, 2b-1 add.; N 18, 41 add.; monogr.] I-11
strowis struuwis: štrø̜̄wø̜š (Broeksittard) Klein busseltje lang stro, met name gebruikt om er een stroband van te maken. [S 36; monogr.] I-4