22616 |
nieuwjaar wensen |
verrassen:
verrasje (Q035p Brunssum)
|
Verrassen, maar vooral: de ander te vlug af zijn met goede wensen voor het nieuwe jaar.
III-3-2
|
19052 |
nieuws |
nieuws:
nuujts (Q035p Brunssum),
nŭŭts (Q035p Brunssum)
|
een bericht over iets dat nog onbekend was [nets, nieuws] [N 85 (1981)] || nieuws [SGV (1914)]
III-3-1
|
19010 |
nieuwsgierig |
nieuwsgierig:
nuujšierig (Q035p Brunssum)
|
nieuwsgierig [SGV (1914)]
III-1-4
|
17724 |
nieuwsgierig kijken |
gapen:
gape (Q035p Brunssum)
|
kijken: nieuwsgierig kijken [blieke, spitsmoele] [N 10 (1961)]
III-1-1
|
18020 |
niezen |
niesten:
neeste (Q035p Brunssum, ...
Q035p Brunssum)
|
niezen [niese, nieste] [N 10a (1961)] || niezen, proesten [SGV (1914)]
III-1-2
|
30857 |
nijptang |
pitstang:
petštaŋ (Q035p Brunssum)
|
In dit lemma zijn de benamingen opgenomen voor tangen van diverse vorm en grootte die vooral dienen om spijkers uit trekken, maar vaak ook gebruikt worden om draadnagels of metaaldraad af te knippen. Zie ook afb. 144. Uit het Leuvens materiaal L B2, 228-229 blijkt, dat het woordtype trektang vooral de benaming is voor een vrij grote tang waarmee spijkers kunnen worden uitgetrokken. [N 33, 180; N 64, 47b; L B2, 228-229; monogr.; div.]
II-11
|
21401 |
niks waard |
niks waard:
wèrt (Q035p Brunssum, ...
Q035p Brunssum)
|
waard (dat is niets ~) [SGV (1914)]
III-3-1
|
20504 |
nippen |
pitsen:
pitsjen (Q035p Brunssum)
|
Hoe noemt U: Met kleine beetjes drinken (pisen) [N 80 (1980)]
III-2-3
|
20401 |
noemen |
noemen:
neumə (Q035p Brunssum),
nèume (Q035p Brunssum)
|
noemen, een naam geven [DC 03 (1934)]
III-2-2
|
34478 |
nog in het ei zittend kipje |
tietetje:
titǝkǝ (Q035p Brunssum)
|
[N 19, 40a]
I-12
|