e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Brunssum

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
met grote stappen lopen greiden: graie (Brunssum) stappen, grote ~ maken [stuppen] [N 10 (1961)] III-1-2
met kleine stapjes lopen dribbelen: B.v. zuug hem mit zien korte binkes dribbele.  dribbele (Brunssum) lopen, gaan; inventarisatie uitdrukkingen; betekenis/uitspraak [N 10 (1961)] III-1-2
met kleppers rondlopen klepperen: klepperen (Brunssum) Rondlopen met kleppers en ratels in de week vóór Pasen. [N 88 (1982)] III-3-2
met opgeheven staart rondlopen biezen: bizǝ (Brunssum) [N 3A, 9a; JG 1a, 1b; monogr.] I-11
met sterke werking straffe: straffe (Brunssum) Kwaliteitsaanduiding, gezegd van goede of buitenlandse bloem. Deze bloem stijft vlugger en neemt meer vocht op. [N 29, 16] II-1
met tegenzin tegen zijn zin: tege miene zinne (Brunssum), tege ziene zinne (Brunssum) tegen heug en meug [SGV (1914)] III-1-4
met tussenpozen regenen zouwelen: zouwələ (Brunssum) af en toe regenen [veuren] [N 81 (1980)] III-4-4
met vollen eggen met vollen [eggen]: met ˲vǫlǝ (Brunssum) Manier van eggen waarbij men na het keren de volgende egbaan niet meteen bij de vorige laat aansluiten. Men laat tussen de baan die op de heenweg geëgd werd, en de baan die men op de terugweg trekt, telkens een strook ongeëgd liggen. Die strook kan in breedte variëren. Op de volgende heenweg wordt die strook of een deel daarvan "vol" geëgd. Op de volgende terugweg laat men dan weer een strook onbewerkt. Men kan telkens één "vol" laten liggen, maar ook twee of meer; zie de afb. 74, 75 en 76. Er wordt a.h.w. in spiraalachtige ronden geëgd. Dit doet men vooral om op de einden van de akker ruimer en sneller te kunnen draaien. Het paard hoeft dan minder stappen te zetten en de eg hoeft daarbij niet omgelegd of omgetrokken te worden. Voor het werkwoordelijk deel van de meeste termen en de weglating daarvan bij de varianten zie men de toelichting op het lemma ''eggen''.' [JG 1a + 1b + 1c + 2c; N 11, 83; N 11A, 176b; monogr.] I-2
met zwakke werking nat: nāt (Brunssum), slap: slap (Brunssum) Kwaliteitsaanduiding, gezegd van bloem die nat is of geen weerstand heeft. Deze bloem is in het algemeen van inlandse komaf en daardoor zou men zeggen van slechtere kwaliteit [N 29, 16] II-1
metalen uiteinde van een schoenveter tuitje: Van Dale: 1. tuit, 1. punt, spits toelopend einde van een voorwerp.  tütje (Brunssum) metalen uiteinde van een schoenveter [malie] [N 24 (1964)] III-1-3