e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Brunssum

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
nieuwjaar wensen verrassen: verrasje (Brunssum) Verrassen, maar vooral: de ander te vlug af zijn met goede wensen voor het nieuwe jaar. III-3-2
nieuws nieuws: nuujts (Brunssum), nŭŭts (Brunssum) een bericht over iets dat nog onbekend was [nets, nieuws] [N 85 (1981)] || nieuws [SGV (1914)] III-3-1
nieuwsgierig nieuwsgierig: nuujšierig (Brunssum) nieuwsgierig [SGV (1914)] III-1-4
nieuwsgierig kijken gapen: gape (Brunssum) kijken: nieuwsgierig kijken [blieke, spitsmoele] [N 10 (1961)] III-1-1
niezen niesten: neeste (Brunssum, ... ) niezen [niese, nieste] [N 10a (1961)] || niezen, proesten [SGV (1914)] III-1-2
nijptang pitstang: petštaŋ (Brunssum) In dit lemma zijn de benamingen opgenomen voor tangen van diverse vorm en grootte die vooral dienen om spijkers uit trekken, maar vaak ook gebruikt worden om draadnagels of metaaldraad af te knippen. Zie ook afb. 144. Uit het Leuvens materiaal L B2, 228-229 blijkt, dat het woordtype trektang vooral de benaming is voor een vrij grote tang waarmee spijkers kunnen worden uitgetrokken. [N 33, 180; N 64, 47b; L B2, 228-229; monogr.; div.] II-11
niks waard niks waard: wèrt (Brunssum, ... ) waard (dat is niets ~) [SGV (1914)] III-3-1
nippen pitsen: pitsjen (Brunssum) Hoe noemt U: Met kleine beetjes drinken (pisen) [N 80 (1980)] III-2-3
noemen noemen: neumə (Brunssum), nèume (Brunssum) noemen, een naam geven [DC 03 (1934)] III-2-2
nog in het ei zittend kipje tietetje: titǝkǝ (Brunssum) [N 19, 40a] I-12