e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Brunssum

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
onbruikbare voorraad slechte waar: schlechte waar (Brunssum) allerlei slechte en onbruikbare voorraad [breggel, plodder, bocht, bagage] [N 89 (1982)] III-3-1
onder de douche staan poekelen: pukǝlǝ (Brunssum  [(Emma / Hendrik / Wilhelmina)]   [Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV]) Gebruik was dat de mijnwerkers bij het douchen elkaar de rug wasten. Volgens een informant van Q 121 was dit gebruik op de Domaniale mijn na de Eerste Wereldoorlog (1914-1918) door Duitse werknemers ingevoerd. De informant uit Q 12 zegt dat dit gebruik in België niet bestond. Dit laatste wordt echter tegengesproken door de opgaven van Q 3 voor de mijnen Winterslag en Waterschei en L 422 voor de mijn van Eisden! De informant uit L 417 vermeldt daarentegen dat de mijnen Zwartberg en Waterschei aparte douchecellen kenden en dat het gebruik van elkaar de rug wassen daar niet bestond. [N 95A, 4; N 95, 71; monogr.] II-5
onderbroek onderbroek: ongerbrook (Brunssum) Onderkleding. Wat is in uw dialect het gewone woord voor onderkleding? [DC 62 (1987)] III-1-3
ondereinde van de stam stam: WLD  shtam (Brunssum) Het dikke uiteinde van de stam, onderaan (voet, kont, gat, kop). [N 82 (1981)] III-4-3
ondergoed lijnwaad: lievent (Brunssum), ondergoed: ongergood (Brunssum) ondergoed, onderkleren [t onderdinge] [N 25 (1964)] || Onderkleding. Wat is in uw dialect het gewone woord voor onderkleding? [DC 62 (1987)] III-1-3
ondergronden, woelen ondergronden: oŋǝrgronjǝ (Brunssum) Met een aparte ploeg of met een aan de gewone ploeg bevestigde schaar, klauw of haak de zool, harde laag of bank onder (in) de voor breken of openrakelen. [N 11, 46; N27, 13b] I-1
ondergronds onderin: oŋǝren (Brunssum  [(Emma / Hendrik / Wilhelmina)]   [Maurits]) Beneden in de mijn onder de grond. [N 95, 113; monogr.] II-5
onderhands uit de hand: oet de hantj (verkoopen) (Brunssum) onderhandsch [SGV (1914)] III-3-1
onderhemd hemd: e šjoen hèmt (Brunssum), hemd (Brunssum), hèmd (Brunssum), onderhemd: ongerhaemd (Brunssum), ongerheemp (Brunssum) hemd [SGV (1914)] || onderhemd, onderkledingstuk dat op het blote lijf gedragen wordt [im, emmek, hem, himp, kemsel, liejms, sjmies, vlok] [N 25 (1964)] || Onderkleding. Wat is in uw dialect het gewone woord voor onderkleding? [DC 62 (1987)] || schoon [o] [een ~ hemd] [SGV (1914)] III-1-3
onderjurk combinaison (fr.): combinaison (Brunssum), onderschort: ongerschort (Brunssum) onderjurk, onderkleed met lijfje en schouderbanden [N 24 (1964)] III-1-3