e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Buchten

Overzicht

Gevonden: 3668
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
biechten (gaan) zich biechten (gaan): zich bichte (Buchten) biechten [SGV (1914)] III-3-3
bieden bieden: beeje (Buchten), Volgens de informant van Born (L 428).  be.jə (Buchten) bieden [RND], [SGV (1914)] III-3-1
bier bier: beer (Buchten) bier [SGV (1914)] III-2-3
bierpap slemp: Syst. WBD  sjlemp (Buchten) Bierpap (beerslemp?) [N 16 (1962)] III-2-3
biersoep biersoep: Syst. WBD  beersop (Buchten) Soep, hoofdzakelijk gemaakt van bier (biersoep, beersop, bierzuipe) [N 16 (1962)] III-2-3
biestmelk biest: bis (Buchten), bēs (Buchten) De eerste melk van de koe, nadat ze gekalfd heeft. [L 32, 100; JG 1a, 1b; S 3; A 7, 18; monogr.] I-11
bietenloof, bladerkroon koppen: kø̜p (Buchten) De bladeren van de bietenplant. [N 12, 46; L 30, 34b; monogr.; add. uit N 12, 48] I-5
bietenmolen krotenmolen: krōǝtǝmø̄lǝ (Buchten), krǭtǝmø̄lǝ (Buchten) Instrument om voerderbieten in brokken te malen zodat de beesten deze eten kunnen. [N 18, 108; add. uit N 5A, 34d] I-5
bietenplantjes krotenplantjes: krōtǝplęntjǝs (Buchten) Bietenplantjes als ze pas opgekomen zijn en uitgedund moeten worden. [N 12, 44; monogr.] I-5
bietenplantjes uitdunnen aftrekken: āftrękǝ (Buchten), dunnen: dønǝ (Buchten), uitdunnen: utdønǝ (Buchten) Uit de rijen jonge plantjes telkens enkele exemplaren weghalen zodat de overgebleven bietenplantjes meer ruimte krijgen om uit te groeien. Doorgaans wordt dit werk in twee fases gedaan. Eerst wordt met de schoffel of de hak op regelmatige afstanden de rij plantjes over de breedte van de schoffel onderbroken. Van de overgebleven groepjes wordt dan iets later alleen het beste plantje overgehouden; de andere worden met de hand uitgetrokken. Tegelijk wordt dat geselecteerde plantje extra aangezet. Intussen wordt, zoals op het aardappelveld, regelmatig onkruid gewied; zie de toelichting bij het lemma Aanaarden. Het object van de handeling is steeds bieten, bietenplantjes. [N 12, 45; N Q, 8; JG 1b; monogr.; add. uit N 15, 2] I-5