| 29635 |
paard |
paard:
pē̜ǝt (P182p Buvingen)
|
[JG 1a, 1b; A 3, 4; A 11, 4; L 4, 4; L 5, 27c; L 22, 21; L 23, 1b; Gwn 5, 9a; R -s-; S 27; S 49; RND 60, 74; Wi 6, 17; monogr.; add. uit N 18]
I-9
|
| 33991 |
paardedeken onder het zadel |
onderhaam:
ondǝrhǭm (P182p Buvingen)
|
Deken die onder het zadel wordt gelegd om de rug van het paard te beschermen. Uit een aantal opgaven blijkt dat daarvoor ook andere materialen zoals kussens, vilt of (plastic) zakken gebruikt worden. Vergelijk ook lemma Onderzadel. [JG 1a, 1b]
I-10
|
| 29636 |
paardetuig |
paardsgetuig:
pęǝts˲gǝtø̜̄x (P182p Buvingen)
|
De naam voor het paardetuig in het algemeen. [JG 1a, 1b; N 13, 80; monogr.]
I-10
|
| 24534 |
paddestoel (alg.) |
kampernoel:
kampərnuu̯lə (P182p Buvingen),
eetbare --; gecombineerd met ZND 5 040
kampernoel (P182p Buvingen)
|
paddestoel [RND], [ZND 15 (1930)]
III-4-3
|
| 32736 |
pand, bed |
pand:
pān (P182p Buvingen
[(niet gebruikelijk)]
)
|
Een pand of bed is een deel van een (meest erg lange) akker of een smal stuk land tussen twee evenwijdige greppels. Vergelijk het lemma In Panden Ploegen. Panden zijn doorgaans kleiner van oppervlakte dan gewone percelen op drogere grond. Men onderscheidt soms brede en smalle akkerdelen. Waar de brede stukken panden heten, worden de smalle stukken bedden genoemd. Het omgekeerde is ook mogelijk. Met perken bedoelt men de brede stukken. Hieronder is van deze afzonderlijk te ploegen akkerdelen - voor zover mogelijk - de breedte in voren of meters vermeld. Omdat een akker meerdere panden of bedden omvat, zijn ook de verstrekte meervoudsvormen opgenomen. [N 11, 53a + b; N 11A, 122 add.; N 11A, 130 a + c; JG 1a + 1b + 1c + 2c; A 44, 21e]
I-1
|
| 21950 |
paren van de duiven |
paren:
pōͅərə (P182p Buvingen)
|
Paren [van de duiven]. [Goossens 1b (1960)]
III-3-2
|
| 34046 |
pasgeboren kalf |
mutten:
mø̜tǝ (P182p Buvingen)
|
[N 3A, 15 en 20; N C, 6; JG 1a, 1b; monogr.]
I-11
|
| 33561 |
pastinaak |
pastenaken:
pastenaken (P182p Buvingen)
|
pastinaak [ZND 05 (1924)]
I-7
|
| 33562 |
peen, wortel |
poten:
poete (P182p Buvingen)
|
I-7
|
| 20414 |
peetoom |
peter:
putter (P182p Buvingen)
|
peter (doopvader) [ZND 05 (1924)]
III-2-2
|