e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q095a plaats=Caberg

Overzicht

Gevonden: 1390
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
noten afslaan houwen: WBD/WLD  hauwe (Caberg) Noten afslaan (boeken, beuken slaan, rammelen, sloesteren). [N 82 (1981)] III-2-3
notendop schaal: WBD/WLD  sjaol (Caberg) De harde huid van een noot (bast, bolster, sloester, schaal, hulster, boost, bluster, boets, schulp, schelp, snoester). [N 82 (1981)] I-7
nylonkous nylon: nylons (Caberg) nylonkousen [N 24 (1964)] III-1-3
obstakel ongemak: oongemaak (Caberg), pech: pech (Caberg), tegenslag: teegeslaag (Caberg), tegenvaller: teegevaller (Caberg) iets dat het tot een einde brengen van een handeling in de weg staat [ongerief, mishand] [N 85 (1981)] III-1-4
oever kant: kaant (Caberg), oever: ⁄t oovərə (Caberg) oever [DC 02 (1932)] || oever, zoom van het land aan elk van de beide zijden van het water van een rivier, meer enz [kant, wal] [N 81 (1980)] III-4-4
ogenblikje, korte tijd, eventjes eventjes: effekes (Caberg) ogenblikje [DC 03 (1934)] III-4-4
olie olie: olie (Caberg), reub-olie: van raapolie  reupolie (Caberg), smout: smout (Caberg) olie; Hoe noemt U: De vette vloeistof die b.v. gebruikt wordt bij het aanmaken van sla of het braden van vlees (smout, olie) [N 80 (1980)] III-2-3
omarmen omvamen: ömvame (Caberg), omvatten: ömvatte (Caberg) omvatten, Met gestrekte armen ~ (vademen, omvademen, spannen, omarmen). [N 84 (1981)] III-1-2
omhooggaan naar boven gaan: nao bove goon (Caberg), omhooggaan: ömhoeg goon (Caberg), opgaan: opgoon (Caberg), rijzen: Van deeg.  reijze (Caberg) rijzen: Naar boven gaan, omhooggaan (rijzen, stijgen). [N 84 (1981)] III-1-2
onbeleefd astrant: astrant (Caberg), onbeleefd: oonbeleef (Caberg), onbeschoft: oonbesjof (Caberg) niet wellevend, handelend in strijd met de beleefdheid [onbeleefd, bot] [N 87 (1981)] III-3-1