e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Castenray

Overzicht

Gevonden: 1539
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
eten (ww.) eten: ēͅtə (Castenray), Dén/die ét nog zònder zörguut de körf: persoon die nog bij zijn/haar ouders woont Letters ge-aete hebbe: geleerd zijn Wie pap wil aete, mòt de lepel nie vergaete: zondere gereedschap kan men niet zȉn aete duut aete: gezamelijk eten bevordert de eetlust Smerges mòtte aete as enne kejzer, smiddágs as enne kunning, saves as enne kruujer  aete (Castenray) eten (w.w.) || eten ww. III-2-3
etensketeltje henkelmannetje: henkelmenneke (Castenray) twee keteltjes opeen gestapeld, waarin (warm) eten naar het veld gebracht werd III-2-1
etensresten orten: Hòmmel òp ennen dorren ták, schieëper nimt de orte waar  orte (Castenray) rest overgeschoten voedsel III-2-3
everzwijn zwijn: zwien (Castenray) zwijn III-4-2
familie familie: femilie (Castenray) familie III-2-2
fatsoenlijk fatsoenlijk: fe(t)soenlek (Castenray) fatsoenlijk III-1-4
fauteuil fauteuil: Dizze fetöj is òpperneejt ovvertrokke  fetöj (Castenray) fauteuil III-2-1
fazant fazant: fezânt (Castenray) fazant III-4-1
fineren fineren: fǝniǝrǝ (Castenray) Een meubelstuk met fineerhout beplakken. [N 56, 20a; monogr.] II-12
flikflooien femelen: femele (Castenray), fledderen: zie Schuermans, p. 126, s.v. fledderen ook flodderen (fleiren, fleren) = strelen, vleien  fleddere (Castenray), schmeigeln (du.): cf. Weijnen Etymologisch Dialectwoordenboek, p. 185 s.v. "smeigelen"= vleien, mooi praten. Uit Hgd. s.v. "schmeicheln  smejchele (Castenray) aanhalig doen, vleien, lief doen || flikflooien || vleien, flemen, naar de mond praten III-1-4