e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Castenray

Overzicht

Gevonden: 1539
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
opgebaard zijn boven aarde staan: bovven aerd staon (Castenray) bovenaarde staan (van dode) III-2-2
opgewarmde koffie schuddekul: schuddekul (Castenray) opgewarmde of slappe koffie, die de naam koffie niet verdient III-2-3
ophitsen stoken: steuke (Castenray) stoken, opruien, aanzetten tot III-1-4
opklaren opklaren: òpklaore (Castenray) opklaren III-4-4
opleppen opleppen: oplɛpǝ (Castenray) Een big met koemelk grootbrengen. [N 19, 16; N 19, 15; monogr.] I-12
opscheplepel opschepper: òpschöpper (Castenray), scheplepel: schöplepel (Castenray) opscheplepel III-2-1
opscheppen snoeven: snoēve (Castenray), stuiten op zijn eigen: stute òp zien aege (Castenray), zwavelen: zwaevele (Castenray), zwetsen: zwetse (Castenray) opsbnijden, pochen || opscheppen, snoeven || opsnijden, opscheppen || pochen, opscheppen III-1-4
opschepper bruis: broēs (Castenray), grootmuil: grótmoel (Castenray), stuiter: stuter (Castenray), windbuil: wiendbuul (Castenray), zwetsbuil: zwetsbuūl (Castenray) opschepper || opschepper, opsnijder || opschepper, pocher || opschepper, snoever III-1-4
opvoeden, grootbrengen groottrekken: groeët trekke (Castenray), optrekken: òptrekke (Castenray), opvoeden: òpvoeje (Castenray) groot brengen (van kinderen) || opvoeden || opvoeden van een kind (soms) III-2-2
opvoeding opvoeding: òpvoejing (Castenray) opvoeding III-2-2