e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q121a plaats=Ch?vremont

Overzicht

Gevonden: 2160
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
gras gras: jrās (Chevremont) De algemene benaming voor het gewas, zo uitvoerig mogelijk gedocumenteerd, zodat in de volgende lemma''s naar deze opgaven en naar de klankkaart kan worden verwezen. Op de klankkaart van het type gras zijn de vormen met betoning niet apart aangegeven; men kan bij dit woord aannemen dat het in het gehele polytone gebied sleeptoon heeft. Wanneer er meer dan één variant voor een plaats was opgegeven, is bij voorkeur het materiaal van de mondelinge enquêtes in kaart gebracht.' [N 14, 88a; JG 1b, add.; Wi 54; S 11; L 1 a-m; L 1u, 75; L 20, 26a; L 35, 65; L. 39, 41; A 2, 54; A 4, 26a; A 4, 28; RND 111; monogr.] I-3
grasmus taats: taatsj (Chèvremont) grasmus III-4-1
grasveld, bleekveld bleek: blēx (Chèvremont), bleekplei: blēxplai̯ (Chèvremont) bleek III-2-1
grauwe renet rabauw: grauwe renet; zuur en grijsgroen; met ruwe schil; winterappel;  rabauw’ (Chèvremont), rauwschaal: met een ruwe schjil  rauw’sjaal (Chèvremont) appel, soort I-7
graven (mv.) graven: jraver (Chèvremont) De graven meervoud [graaf, graver, jraver, grèèver?]. [N 96A (1989)] III-3-3
griesmeel gries: jris (Chèvremont), griesmeel: jris’meël (Chèvremont) griesmeel III-2-3
grijns greilach: jrie’laach (Chèvremont) grijnslach III-1-4
grijnzen greilachen: jrie’laache (Chèvremont) grijnslachen III-1-4
grinniken gremelen: jrieë’mele (Chèvremont) grinneken III-1-4
groen (kleur) groen: jreun (Chèvremont), jreuns (Chèvremont), jrung (Chèvremont) groen III-4-4