33659 |
laaggelegen weidegrond |
broek:
brok (Q071p Diepenbeek),
brōk (Q071p Diepenbeek)
|
Laaggelegen, vaak natte weidegrond, die men meestal gebruikt om te hooien. Vergelijk ook lemma 1.3.3 ɛbeemdɛ.' [N 14, 52; N P, 5; JG, 1a, 1b; S 5; A 10, 4; RND 20; L 19b, 2aI; Vld.; monogr.]
I-8
|
33699 |
laagte in het landschap |
laagte:
lęgdǝ (Q071p Diepenbeek),
zonk:
zuŋk (Q071p Diepenbeek)
|
Een laagte in het landschap in het algemeen. Vergelijk ook lemma 1.2.8 ɛlaagte in een akkerɛ.' [L 29, 30; Wi 11; A 10, 4; S 20]
I-8
|
18215 |
laars (alg.) |
bot:
bot (Q071p Diepenbeek, ...
Q071p Diepenbeek),
-> e po.ar boten.
bot (Q071p Diepenbeek),
Nieuw.
botten (Q071p Diepenbeek),
stevel:
stievel (Q071p Diepenbeek),
-> e po.ar stievels (reiken hoger dan de knieën).
stīvəl (Q071p Diepenbeek),
-> e po.r sti.vels / sti.evele.
stīvel (Q071p Diepenbeek),
Minder.
stiebels (Q071p Diepenbeek),
Oud en gemeenzaam.
stīvel (Q071p Diepenbeek),
stramp:
stramp (Q071p Diepenbeek)
|
hoge laars || laars [bot, steevel, buus, kamasj] [N 24 (1964)] || Laars, een paar laarzen [ZND 37 (1941)] || Laars, een paar laarzen (hoge laars met schoen eraan vast) [ZND 37 (1941)]
III-1-3
|
18359 |
laars met sluitriempje |
rijbot:
rèbot (Q071p Diepenbeek)
|
laars waarvan de schacht aan de bovenkant van een verstelbaar sluitriempje is voorzien [rijlaars] [N 24 (1964)]
III-1-3
|
18301 |
laars tot of boven de knie |
bot:
bot (Q071p Diepenbeek)
|
laars waarbij de schacht het hele onderbeen bedekt [kapleers, kapsjtievel, kamasj] [N 24 (1964)]
III-1-3
|
30971 |
laarzebeen |
kist:
kest (Q071p Diepenbeek)
|
De houten vorm, in de vorm van een been of voet, waarop laarzen en bottines uitgespannen worden. Zie afb. 33. [N 60, 68a; N 60, 69b]
II-10
|
18757 |
laarzenknecht? |
stevelknecht:
stievelknêch (Q071p Diepenbeek)
|
tuig om laarzen uit te doen
III-1-3
|
18374 |
laarzenschacht |
been:
been (Q071p Diepenbeek),
schacht:
schacht (Q071p Diepenbeek)
|
Hoe noemt u het deel van de laars dat het been boven de voet omsluit? [N 60 (1973)] || schacht van een laars [sjach, sjteevelschach] [N 24 (1964)]
III-1-3
|
30915 |
laarzeschacht |
schacht:
schacht (Q071p Diepenbeek)
|
Het gedeelte van de laars dat het been boven de voet omsluit. Volgens de informant van L 163a is een kamas een losse schacht op schoen of klomp. [N 60, 15b]
II-10
|
23658 |
laatste evangelie |
t letste evangjillióm?].:
liste evangelie (Q071p Diepenbeek)
|
Het laatste evangelie, het beginmstuk van het evangelie volgens Johannes, dat gelezen werd na de zegen [t lèste evangillie [N 96B (1989)]
III-3-3
|