24331 |
meikever |
kever:
(kèver) (Q086p Eigenbilzen),
kèver (Q086p Eigenbilzen),
ook in ZND 01u, 159 en ZND 16, 005;
kêver (Q086p Eigenbilzen),
meikever:
meekever (Q086p Eigenbilzen),
mulder:
ook in ZND 01u, 159 en ZND 16, 005;
moldər (Q086p Eigenbilzen),
ronker:
ook in ZND 01u, 159 en ZND 16, 005;
ronker (Q086p Eigenbilzen),
ronkkever:
ronkkever (Q086p Eigenbilzen)
|
Hoe noemt u de meikever: een soort kever, 24-30mm lang; met dekschild, de poten en sprieten zijn bruinrood, de kop en het borststuk zwart met op de onderzijde een dichte witte beharing; de buiksegmenten zijn zwart met aan elke zijde een opvallende, helwit [N 83 (1981)] || Hoe noemt u het herhaalde malen de vleugels bewegen voordat hij opvliegt, gezegd van een meikever (geld tellen) [N 83 (1981)] || meikever [ZND 01 (1922)]
III-4-2
|
21699 |
meineed |
valse eed:
ne valsen èèd (Q086p Eigenbilzen),
valsen eed (Q086p Eigenbilzen)
|
een valse eed, meineed [N 96D (1989)]
III-3-1
|
20309 |
meisje |
meidje:
mètskə (Q086p Eigenbilzen)
|
meisje [ZND 11 (1925)]
III-2-2
|
20366 |
meisje met wie een jongen verkering heeft |
liefste:
liefste (Q086p Eigenbilzen),
zegt de jongen
m’n liefste (Q086p Eigenbilzen),
meidje:
(ze = zijn).
ze mètske (Q086p Eigenbilzen)
|
het meisje met wie men verkering heeft [parmeteit, meid, fem, frul, caprice] [N 115 (2003)], [N 87 (1981)]
III-2-2
|
20381 |
meisje met wie men verloofd is |
meidje:
(ze = zijn).
ze mètske (Q086p Eigenbilzen)
|
verloofde [vrouwelijk] [fem, frul, caprice] [N 87 (1981)]
III-2-2
|
18580 |
meisjeshemd |
mdchenshemd:
mètskeshimme (Q086p Eigenbilzen),
métskeshimme (Q086p Eigenbilzen)
|
Meisjesondergoed, meisjeshemd [N 114 (2002)]
III-1-3
|
18736 |
meisjeshemd? |
hemd:
himme (Q086p Eigenbilzen)
|
Onderhemd voor meisjes. Hoe noemt men in uw dialect het hemd dat onder de bovenkleding wordt gedragen, direct op het lichaam: van meisjes? [DC 62 (1987)]
III-1-3
|
18622 |
meisjesmuts met afhangende strook |
kapmuts:
kapmeͅts (Q086p Eigenbilzen)
|
meisjesmuts die nauw om het hoofd sluit en met een strook afhangt tot op de schouders [kaaper, kappelin, kapmöts] [N 25 (1964)]
III-1-3
|
18583 |
meisjesondergoed |
mdchensondergoed:
metskesonnergoed (Q086p Eigenbilzen),
ondergoed:
ondergoed (Q086p Eigenbilzen)
|
Meisjesondergoed, meisjeshemd [N 114 (2002)] || Ondergoed voor meisjes. [DC 62 (1987)]
III-1-3
|
18637 |
meisjespantalon met kanten pijpen |
mdchensbroek:
metskəsbrøk (Q086p Eigenbilzen)
|
meisjespantalon (vero) met kanten pijpen die tot onder de knieën reiken [N 25 (1964)]
III-1-3
|