29048 |
schoudervulling |
kopwatten:
kopwatǝ (Q198p Eijsden)
|
Opvulsel op de schouders van een kledingstuk, om de schouderlijn te accentueren en figuurfouten te corrigeren en om een mooie valling van de mouwen te verkrijgen. Ze bestaat veelal uit watjes, 2 of 3 voor een normale schouder tot 4 à 5 voor een hoge (Papenhuyzen III, pag. 26). [N 59, 99; N 62, 62]
II-7
|
29984 |
schraag |
schraag:
šrǭx (Q198p Eijsden)
|
Houten draagstelling die wordt gebruikt om een lang werkstuk te ondersteunen. Zie ook afb. 116. [N 53, 225; S 32; monogr.]
II-12
|
18133 |
schram |
schram:
schriem (Q198p Eijsden),
schrieme (Q198p Eijsden)
|
schram [SGV (1914)] || schrammen (mv) [SGV (1914)]
III-1-2
|
18136 |
schrammen |
schrammen:
schrieme (Q198p Eijsden)
|
schrammen (ww) [SGV (1914)]
III-1-2
|
17947 |
schrede |
pas:
pas (Q198p Eijsden),
trede:
trèej (Q198p Eijsden)
|
Pas, stap: het plaatsen van de ene voet voor de andere bij het gaan (treden, tred, schrede, loop, stap). [N 84 (1981)] || schrede [SGV (1914)]
III-1-2
|
21368 |
schreeuwen |
schreeuwen:
schrieuwe (Q198p Eijsden)
|
schreeuwen [SGV (1914)]
III-3-1
|
21768 |
schrijven |
schrijven:
sjrieve (Q198p Eijsden)
|
Noem het (dialect)woord voor: het "met een stift, pen, potlood, krijt enz. aanbrengen van letters of cijfers op papier of een ander vlak voorwerp"? [schrijven] [N 102 (1998)]
III-3-1
|
22482 |
schrikkeljaar |
schrikkeljaar:
schrikkeljoar (Q198p Eijsden)
|
schrikkeljaar [SGV (1914)]
III-3-2
|
19536 |
schrobbezem |
schrobborstel:
sjrobbuuësjtel (Q198p Eijsden)
|
bezem om de vloeren mee te schrobben (boender, schrobbessem, wasser, luiwagen) [N 20 (zj)]
III-2-1
|
19411 |
schroeien |
snerken:
šnørəkə (Q198p Eijsden)
|
schroeien [SGV (1914)]
III-2-1
|