id | Begrip | Trefwoord: dialectopgave (plaats) | Omschrijving |
---|---|---|---|
25442 | te snel verwerkt | kapot: kapot (Eijsden) | Het slachtvee moet, nadat het is gedood en uitgeslacht, een poos besterven. Pas als het vlees door en door koud is geworden kan het verwerkt worden. Doet men dit eerder, dan is de smaak van het vlees minder en bederft het veel sneller. Bovendien laat niet afgekoeld vlees zich veel moeilijker snijden dan koud vlees, dat immers steviger is. [N 28, 96; monogr.] II-1 |
29095 | te wijd | te groot: tǝ gruǝt (Eijsden) | Te ruim, gezegd van een kledingstuk of kledingstukonderdeel. [N 59, 130a; N 62, 26c; MW] II-7 |
34634 | te zwaar in de rug | te zwaar in de rug: tǝ žūr inǝ røk (Eijsden) | Als men teveel vooraan in de kar laadt, kan het paard de kar moeilijker trekken, omdat door het gewicht van de lading de draagriem op de rug van het paard drukt, waardoor het paard snel vermoeid raakt. [N 17, 96 + 99] I-13 |
24385 | teek | teek: Veldeke teeke (Eijsden) | teek, spinachtig diertje dat zich vastzet op de huid van mens en dier en zich voedt met bloed [N 26 (1964)] III-4-2 |
17715 | teelballen | ballen/bollen: balle (Eijsden), kloten: Gemeen. klōēte (Eijsden) | [N 10c (1961)] III-1-1 |
17680 | teen | teen: tien (Eijsden), tiene (Eijsden), tiēn (Eijsden) | teen [SGV (1914)] || teen (toon) [DC 01 (1931)] || tenen [SGV (1914)] III-1-1 |
29092 | tegenknoop | antiknoopje: antiknø̄pkǝ (Eijsden) | Knoopje dat moet voorkomen dat de knopen op de goede kant de stof inscheuren. Tegenknoopjes zijn praktisch voor sluitingen waarop veel spanning staat en voor sluitingen in dikke stof. [N 59, 137] II-7 |
21208 | telegram | telegram: telegram (Eijsden) | telegram [SGV (1914)] III-3-1 |
32965 | telen, verbouwen | aantrekken: āntrękǝ (Eijsden), trekken: trękǝ (Eijsden), zetten: zitǝ (Eijsden) | Het voor gebruik tot ontwikkeling brengen van een gewas. Zie ook de meer specifieke lemma''s ''zaaien'' (2.1) en ''poten, planten'' in aflevering I.5. Voor twachten zie Rutten, Haspengouwsch Idioticon 239: "winnen van zaad". [N Q, 9; L 1 a-m; S 20; Wi 43; monogr.] I-4 |
17632 | tepel | tepel: tiepels (Eijsden), tet: tette (Eijsden) | borsttepels [N 10c (1961)] III-1-1 |