e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Einighausen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
rijnspie kijlen: kīlǝ (Einighausen) De wiggen of spieën waarmee de verschillende rijntypes in de loper worden vastgezet. [N O, 15g] II-3
rijp, rijmx rijm: riem (Einighausen) rijm (op boomen) [SGV (1914)] III-4-4
rijshout, bonenstaak erwtenrijs: ɛrtərīzər (Einighausen), rijs: ries (Einighausen, ... ), riezer (Einighausen) Erwtenrijzers, twijgen waartegen bepaalde erwten groeien [N P (1966)], [SGV (1914)] || rijs [SGV (1914)] || rijzen (mv.) [SGV (1914)] I-7
rijtuig geveer: gǝvęr (Einighausen) Personenvoertuig, waarbij niet de huifkar bedoeld wordt. Gezien het feit dat het hier om zaken gaat die reeds lang verdwenen zijn, is de verwarring rond de dialecttermen groot. Dit lemma is samengesteld uit de antwoorden op algemene vragen als "hoe noemt u een tweewielig rijtuig" die geen betrekking hebben op een specifieke soort. Ook de meer algemene antwoorden die in N 101 bij de vragen naar bepaalde soorten rijtuigen opgegeven werden, zijn hier verwerkt. De veel voorkomende opgaven "koets" en "sjees", de bekendste vier- en tweewielige rijtuigen, zijn in de betreffende lemmata opgenomen. [N 101, 1-14; N G 51; L 1 a-m; L 28, 24; L 36, 70; LA 288; S 18, 30; Wi 16; monogr] I-13
rimpels rimpels: rumpélé, rumpel (Einighausen) Hoe noemt men de plooien in de huid van een mens ? Bedoelt worden vooral de plooien in het voorhoofd. Wat is hiervan het enkelvoud ? [DC 18 (1950)] III-1-1
ringen, randen verwijderen van peulvruchten (bonen) halen: bone hoale (Einighausen), ringen: rènge (Einighausen) [N Q (1966)] [SGV (1914)] I-7
ringmeel randmeel: raŋk[meel] (Einighausen) Meel dat rondom de ligger in de steenkuip gevallen is. In l 288b verstond men onder ringmeel het meel dat rondom de stenen zat. Wanneer de stenen pas gescherpt waren en de molen opengebroken was geweest, gooide men er ringmeel over alvorens met malen te beginnen. Zie voor de fonetische documentatie van het woorddeel -ømeelŋ het lemma ɛmeelɛ.' [N O, 37e; Vds 161; Jan 166; Coe 151; Grof 179; A 42, add.; A 42A, 48 add.] II-3
ringmus veldmus: veldjmuš (Einighausen) Hoe heet de ringmusch? [DC 06 (1938)] III-4-1
ringrijden, ringsteken ringsteken: rènkstêke (Einighausen) ringsteken [SGV (1914)] III-3-2
riool zijp: ziep (Einighausen) riool [SGV (1914)] III-3-1