25007 |
grootte |
grootte:
greude (L430p Einighausen)
|
grootte [SGV (1914)]
III-4-4
|
20288 |
grootvader |
bestevader:
bestevader (L430p Einighausen),
grootvader:
grootvader (L430p Einighausen),
opa:
opa (L430p Einighausen)
|
grootvader [DC 05 (1937)]
III-2-2
|
25004 |
grootx |
groot:
groot (L430p Einighausen)
|
groot [DC 03 (1934)]
III-4-4
|
25060 |
grote hoeveelheid, hoop |
hoop:
houp (L430p Einighausen),
hopen (mv.):
huup (L430p Einighausen)
|
hoop [SGV (1914)] || hoopen (mv.) [SGV (1914)]
III-4-4
|
22504 |
grote knikker |
jachelaar:
(= knikkers van ijzen grootte).
jachelêr (L430p Einighausen),
marbel:
(= witte knikker).
moerbel (L430p Einighausen)
|
benamingen in het knikkerspel [SGV (1914)]
III-3-2
|
19502 |
grote schoonmaak |
grote poets:
groote pūts (L430p Einighausen),
poets:
də pūts˂ es axtər də røͅk (L430p Einighausen),
weer zeen aan de pūts (L430p Einighausen)
|
de schonmaak is achter de rug [DC 15 (1947)] || het schoonmaken van het gehele huis, dat in het voorjaar plaats heeft [DC 15 (1947)] || wij zijn aan het schoonmaken [DC 15 (1947)]
III-2-1
|
18872 |
gruwelijk |
schrikkelijk:
schrikkelik (L430p Einighausen)
|
gruwelijk [SGV (1914)]
III-1-4
|
32626 |
guano |
guano:
guano (L430p Einighausen)
|
Guano is een poedervormige meststof, vervaardigd van uitwerpselen, veren en kadaverresten van zeevogels, waarvan zich in de loop van de tijd dikke lagen hebben gevormd op onbewoonde eilanden en klippen met name aan de westkust van Zuid-Amerika (Peru, Chili). Blijkens een aantal opgaven werd guano beschouwd als de oudste of eerst bekende kunstmest of was hij de voorloper daarvan, die vooral vóór de eerste W.O. gebruikt werd. Toen de echte kunstmest zijn intrede had gedaan, werd deze aanvankelijk nog vaak guano genoemd. Met guano, die voornamelijk werd aangewend om pootaardappelen te bemesten, ging men zuinig om: met een oude eetlepel of iets dergelijks werd in ieder pootgat een kleine hoeveelheid van deze meststof op of bij de aardappel gelegd. Volgens de meeste opgaven was guano een stikstofhoudende meststof, volgens enkele andere bevatte hij ook kali en fosforzuur, terwijl hij eenmaal met thomasslakken wordt vergeleken of als zwarte meststof wordt omschreven. Mogelijk werd deze originele vogelmest in het begin van de kunstmestperiode synthetisch nagemaakt en als guano of onder een daarop gelijkende handelsnaam in de handel gebracht. [N P, 8; N 11A, 62a]
I-1
|
19082 |
guit |
grappenmaker:
grappeméker (L430p Einighausen),
snaak:
sjnaak (L430p Einighausen)
|
guit [SGV (1914)]
III-1-4
|
21331 |
gulden |
gulden:
guije (L430p Einighausen)
|
gulden [SGV (1914)]
III-3-1
|