28836 |
lap stof |
lap klederstof:
lap klęjǝrstof (Q007p Eisden),
lap stof:
lap stof (Q007p Eisden)
|
Een lap of stuk stof. [N 62, 71b; MW]
II-7
|
18980 |
laster |
laster:
ook materiaal znd 30, 01
laster (Q007p Eisden)
|
laster [ZND 01 (1922)]
III-1-4
|
19297 |
lastig (werken) |
lastig:
ook materiaal znd 30, 02
lestig (Q007p Eisden)
|
lastig [ZND 01 (1922)]
III-1-4
|
17814 |
laten |
laten:
loate (Q007p Eisden),
lōͅtə (Q007p Eisden)
|
laten [ZND 25 (1937)]
III-1-2
|
22076 |
laten uitvliegen |
uitlaten:
doeven oetlaoten (Q007p Eisden)
|
Hoe zegt men: de duiven eens laten uitvliegen? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
33384 |
latierboom |
barre (fr.):
bār (Q007p Eisden),
geschut:
gǝšøt (Q007p Eisden)
|
Een horizontale balk die twee paarden van elkaar scheidt, meestal hangend aan kettingen, ook wel vast verbonden. In plaats van een hangende balk kan er ook een eenvoudige en niet al te hoge tussenwand zijn. Met een box is een afgeschutte ruimte voor één paard bedoeld; de tussenwand maakt dan deel uit van de box. [N 5A, 59d; monogr.]
I-6
|
24990 |
lauw |
lauw:
lauw watər (Q007p Eisden)
|
Lauw. Lauw water [ZND 37 (1941)]
III-4-4
|
18356 |
lederen pantoffel |
pantoffel:
pantoͅfəls (Q007p Eisden)
|
pantoffels, lederen ~, gemakkelijke huisschoenen zonder veters [petoffels, pantoefels, trumpe, sjlutsje, sloffe, sjloebe] [N 24 (1964)]
III-1-3
|
20479 |
leeftijd, ouderdom |
ouderdom:
auwerdom (Q007p Eisden)
|
ouderdom [ZND 05 (1924)]
III-2-2
|
24973 |
leeg, niets bevattend |
leeg:
làìg (Q007p Eisden)
|
Leeg. Mijn glas is ledig [ZND 37 (1941)]
III-4-4
|