18390 |
speld |
spang:
spaŋ (Q007p Eisden)
|
Puntig, van een kop voorzien metalen stiftje om iets in weefsel vast te steken of te bevestigen op of aan iets anders. [N 62, 50a; L 7, 20; L 14, 24; L B1, 73; R 14, 8a; MW; Wi 7; S 34; monogr.]
II-7
|
28970 |
spelden |
dichtspangen:
dextspaŋǝ (Q007p Eisden),
vastspangen:
fasspaŋǝ (Q007p Eisden)
|
Met spelden stukken kleding of panden aan elkaar vastspelden. [N 59, 74; L 7, 20; S 34]
II-7
|
28884 |
speldenkussen |
naaldenkussentje:
nǭjǝkø̜skǝ (Q007p Eisden),
spangenkussen:
spaŋǝkø̜sǝ (Q007p Eisden)
|
Kussentje waarop men de spelden en naalden steekt. De informant van Q 198 merkt op dat hij de naalden op zijn vest (kamizool) of op een stukje stof aan de muur speldde. Zie afb. 11. [N 59, 13a; N 62 68; L 45, 19; Gi 1.IV, 64; MW; monogr]
II-7
|
22383 |
spelen (alg.) |
spelen:
ech spēl, e spēlt, wēr spēlə (Q007p Eisden)
|
Ik speel, hij speelt, wij spelen. [ZND 07 (1924)]
III-3-2
|
22101 |
spelen voor een prijs |
voor de inzet spelen:
spieèlen vôêr den inzat (Q007p Eisden)
|
Hoe heten de volgende combinatiemogelijkheden bij het inleggen/inzetten: spelen voor prijs? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
20165 |
spenen |
spenen:
spiǝnǝ (Q007p Eisden),
Opm. boven de "i"moet nog een nasaleringsteken (~) staan; deze combinatieletter is niet te maken/om te spellen (en heb het dus maar achter gezet).
spi~e͂nen (Q007p Eisden)
|
Het veulen het zuigen ontwennen. [JG 1a, 1b; N 8, 59] || Hoe heet verder: het apart zetten, spenen van de jongen? [N 93 (1983)]
I-9, III-3-2
|
26360 |
spie |
inzet:
inzet (Q007p Eisden),
kijl:
ki.l (Q007p Eisden)
|
De zeisring, die steel en blad verbindt, wordt vastgeslagen door middel van een spie, of door twee of meer spietjes. Doorgaans zijn ze van hout, omdat deze het beste vast blijven zitten; soms vindt men ook een ijzeren spie, vaak in combinatie met een houten. Zie ook de toelichting bij het lemma ''zeisring'', en afbeelding 4, nummer A4 en B4. [N 18, 67e; JG 1a, 1b, 2c; add. uit A 14, 2] || Een stukje stof of voering dat tussen een inknipping wordt genaaid om een verwijding te verkrijgen (Meima I, pag. 45). Hierdoor ontstaat plaatselijk meer ruimte, in het bijzonder bij de schouders. [N 59, 100a]
I-3, II-7
|
19804 |
spiegel |
spiegel:
spigǝl (Q007p Eisden)
|
De naad tussen kraag en revers, waar de kraag aan de revers wordt gehecht. [N 59, 122a]
II-7
|
21373 |
spijbelen |
heggenschool:
heggeschool (Q007p Eisden),
heggenschool houden:
ĕkkə šūl aūwə (Q007p Eisden)
|
Hoe noemt men het heimelijk, zonder medeweten van de ouders, wegblijven van school? [Lk 03 (1953)] || Spijbelen (de school ontlopen, achter de hagen schoolgaan). [ZND 07 (1924)]
III-3-1
|
31953 |
spijkeren |
nagelen:
nēgǝlǝ (Q007p Eisden)
|
Met een hamer spijkers in het hout slaan. [N 53, 152a-b; L 5, 7; monogr.]
II-12
|