33756 |
veulen |
veulen:
vȳǝ.lǝn (L419p Elen)
|
Jong paard, gewoonlijk tot de leeftijd van twee en een half jaar. [JG 1a, 1b; A 4, 2d; L 20, 2d; L A1, 262; N 8, 1; Gwn 5, 10; RND 107; S 40; Wi 4; monogr.]
I-9
|
32765 |
vierhoekige eg |
vierkantige [eg]:
vērkɛnjtjegǝ [eg] (L419p Elen)
|
De oude houten, later ook ijzeren eg die een vierhoekig geraamte had; zie afb. 53 en 54. Deze eg was niet altijd vierkant of rechthoekig: soms waren de hoofdbalkjes lichtelijk gebogen of vormden de balken een ruitvormig raam. Waar de vierhoekige eg blijkens de opgaven als onkruideg en/of als zaadeg in gebruik was, is vermeld in de betrokken lemmata. Zie verder het lemma ''eg''. [JG 1a; JG 1b add.; N 11, 71 + 72 + 75 add.; N J 10; A 13, 16b; div.; monogr.]
I-2
|
20574 |
vieruursboterham |
vierurenkoffie, de -:
veeroren-koffie (L419p Elen)
|
namen en uren van de dagelijkse maaltijden: namiddag [ZND 18G (1935)]
III-2-3
|
21537 |
vijf centiem |
vijf cent:
view cent (L419p Elen)
|
Bestaat er een dialectnaam voor een stuk van 5 centimes? [ZND 28 (1938)]
III-3-1
|
21538 |
vijfentwintig centiem |
vijfentwintig centiemen:
viev n twentich centiemen (L419p Elen)
|
Bestaat er een dialectnaam voor een stuk van 25 centimes? [ZND 28 (1938)]
III-3-1
|
17768 |
vinger |
vinger:
vinger (L419p Elen, ...
L419p Elen)
|
Doorn: ik heb een doorn in mijn vinger [ZND 23 (1937)]
III-1-1
|
24265 |
vink |
boekweitvink:
bokesvènk (L419p Elen)
|
vink
III-4-1
|
19745 |
viooltje |
viooltje:
vieulkes (L419p Elen)
|
I-7
|
22413 |
vishengel |
garde:
gèrt (L419p Elen),
visgarde:
vischgērd (L419p Elen)
|
Een lange stok om mee te vissen. [ZND 23 (1937)]
III-3-2
|
21424 |
vlaams |
op de letter:
op de letter (L419p Elen),
vlaams:
a als in fr. dans
vlams (L419p Elen),
fr. an
vlaamsch (L419p Elen)
|
vlaams [ZND 23 (1937)]
III-3-1
|