e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L320a plaats=Ell

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
hoepelrok repenrok: reiperok (Ell) hoepelrok [reekerok] [N 24 (1964)] III-1-3
hoepels van de huifkar repen: ręi̯pǝ (Ell) Houten hoepels waarover de huif gespannen werd. De hoepels werden in krammen tegen de zijplanken bevestigd. Meestal waren er vijf, waarvan de voorste naar voren helde. [N 17, 74 + 99] I-13
hoesten hoesten: (hooste) (Ell), kuchen: kôche (Ell) hoesten [keche, kechelen] [N 10a (1961)] III-1-2
hoeveelheid hooi die men opsteekt armvol: ęl(ǝ)vǝr (Ell) De hoeveelheid hooi die de opsteker in één keer met z''n gaffel aangeeft aan de optasser. Zie voor het vocalisme van het woordtype riek de opmerking in de semantische toelichting bij het lemma ''houten schudgaffel'' en bij het lemma ''hooihark''.' [N 14, 118; A 34, 5a] I-3
hoge herenschoen hoge schoen: hoeëg sjoon (Ell) herenschoenen, hoge ~ [N 24 (1964)] III-1-3
hoge hoed hoge zijden: hoeëge zieje (Ell) hoed, hoge ~, gedragen bij rouwgelegenheden [N 25 (1964)] III-1-3
hoge hoed bij begrafenis hoge zijden: hoeëge zieje (Ell) hoed, hoge ~, gedragen bij rouwgelegenheden [N 25 (1964)] III-2-2
hoge klomp botje: bǫtjǝ (Ell), hoge klomp: hūǝgǝ [klomp] (Ell) Klomp met een hoge en lange, tot boven de wreef doorlopende kap. De klompopening sluit bij dit type klompen goed om de voet zodat er geen klompenriem nodig is. Zie ook afb. 259. Het woord(deel) klomp is fonetisch gedocumenteerd in het lemma ɛklompɛ. De kapklomp die in en rond Venray (L 210) bekend was, was een luxe hoge klomp die versierd was met koperen spijkers. Hij was volgens het Venrays woordenboek (pag. 227), ondanks de hoge kap toch van een leren band voorzien en werd op zondag gedragen.' [N 24, 70b; monogr.] II-12
hoge klomp? botje: botjes (Ell), hoge klomp: hoeëg klômpe (Ell) klomp met hoge huif, hoge klomp, zonder riem gedragen [N 24 (1964)] III-1-3
hoge schoen met elastieken tussenstukken bottine: bottiens (Ell) schoenen, hoge ~ met elastieken tussenstukken in de schacht [boddekeens] [N 24 (1964)] III-1-3