18381 |
botje |
afgesneden laars:
botsjə (L286p Hamont),
andere damesschoenen:
bòddəʔəs (K314p Kwaadmechelen),
baby, zuigeling:
botjes-school = kleuterschool; cf. VD s.v. "II botje"(hist) muntstukje ter waarde van een halve stuiver (botje bij botje leggen cf. VD s.v. "potje"(uitdr.: kleine potjes hebben grote oren)
bot(je) (L270p Tegelen),
been, beenderen:
bot(je) (L246p Horst),
bèùtje (L210p Venray),
bötje (L290p Panningen),
bos groente:
bötjə (Q207p Epen),
(? - onduidelijk)
buətjə (Q116p Simpelveld),
bundel groenten:
bötjə (Q207p Epen),
(? - onduidelijk)
buətjə (Q116p Simpelveld),
dameslaars:
bŏtšəs (L372p Maaseik),
damesschoen met hoge of halfhoge hak:
botjəs (L422p Lanklaar),
halfhoge knoopschoen?:
beutjes (Q156p Borgloon),
botjes (L368p Neeroeteren),
botsjes (Q077p Hoeselt),
bottekes (K361a Boekt/Heikant, ...
P176p Sint-Truiden),
boͅtšəs (Q002p Hasselt),
boͅtəkə (K361a Boekt/Heikant),
boͅtəkəs (K358p Beringen, ...
P048p Halen,
Q002p Hasselt,
P055p Kermt),
bòtšəs (Q009p Mechelen-aan-de-Maas),
bòttekes (K358p Beringen),
bötsšəs (P174p Velm),
bøtjəs (P222p Opheers),
bət`jəs (L371p Ophoven),
bətšə (P176p Sint-Truiden),
bətəkəs (Q012p Rekem),
hoge herenschoen:
botjes (L321a Ittervoort),
hoge klomp:
boatjǝ (Q015p Stein),
botjǝ (L322p Haelen),
bøtjǝ (L290p Panningen),
bø̄tjǝ (Q020p Sittard),
bǫtjǝ (L295p Baarlo, ...
L269b Boekend,
L320a Ell,
L269a Hout-Blerick,
L332p Maasniel,
Q022p Munstergeleen,
L322a Nunhem,
L266p Sevenum,
L331p Swalmen),
hoge klomp?:
boatje (Q015b Kerensheide),
botje (L295p Baarlo, ...
L269a Hout-Blerick,
Q022p Munstergeleen,
L322a Nunhem),
botjes (L269b Boekend, ...
L320a Ell,
L266p Sevenum,
L331p Swalmen),
butje (L290p Panningen),
bótje (L322p Haelen),
hoge rijgschoen:
botjes (L269p Blerick, ...
L269p Blerick,
L265p Meijel,
L265p Meijel),
botsjes (L360p Bree),
boͅtsjəs (L316p Kaulille),
bötsjes (L423p Stokkem),
hoge schoen met elastieken tussenstukken:
beutjes (Q179p Zichen-Zussen-Bolder),
boitšəs (Q162p Tongeren),
botsje (Q178p Val-Meer),
bottəkəs (L422p Lanklaar),
bòtəkəs (K357p Paal),
[sic]
boͅtəkəs (L317p Bocholt),
bòttekes [botəkəs} (K357p Paal),
klomp:
botje (L269p Blerick, ...
L328p Heel,
L332p Maasniel),
botjes (L295p Baarlo, ...
L269p Blerick,
L269p Blerick,
L269p Blerick,
L328p Heel,
L267p Maasbree,
L271p Venlo),
bǫtjǝ (L267p Maasbree),
als ze een hoge heme hebben en zonder riem gedragen worden, in jongenstaal
botjes (L290p Panningen),
de voorwerpen precies zoals in afbeelding worden meestal botjes genoemd uitspraak zelfde als Ned. bot
botjes (L332p Maasniel),
korte laars:
botsje (Q178p Val-Meer),
botteke (L312p Neerpelt),
bòttəkəs (K357p Paal),
bòtəkəs (K357p Paal),
schede:
niet algemeen gebruikt
bøͅi̯tšə (Q156p Borgloon),
schol:
botje (L269p Blerick)
I-7, II-12, III-1-1, III-1-3, III-2-1, III-2-2, III-2-3
|
|