e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Epen

Overzicht

Gevonden: 3496
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
ziekenzuster krankenzuster: kraankezuster (Epen) Een zuster die zich bezig houdt met de verpleging van zieken [leefdezuster]. [N 96D (1989)] III-3-3
ziekte krankheid: krankheid (Epen), krankte: krengde (Epen) ziekte [SGV (1914)] III-1-2
ziel ziel: de zieël (Epen), zee-ël (Epen) De ziel [zieël, zie.l, zeel]. [N 96D (1989)] || ziel [SGV (1914)] III-3-3
zielboek dodenlijst: doeëdelies (Epen) Het zielenboek, het register van overledenen, wier namen op vaste tijden van de preekstoel werden afgelezen, voorzover de nabestaanden het zielenboekgeld hadden voldaan [zielboek, dodenlijst?]. [N 96B (1989)] III-3-3
zien, kijken kijken: kieke (Epen), zien: zie-e (Epen) kijken [SGV (1914)] || zien [SGV (1914)] III-1-1
zijaltaar klein altaar: klinge elter (Epen) Op het priesterkoor [zijaltaar?]. [N 96A (1989)] III-3-3
zijde zij: ziĕj (Epen), zīēj (Epen) zij, zijde (pijn in de zij) [N 07 (1961)] || Zijde, flank: de zijkant van de buik tussen onderste ribben en heup (zijde, lank, flank) [N 84 (1981)] III-1-1
zijn neus snuiten snoeven: sjnŏĕvə (Epen) Snotteren: herhaaldelijk en hoorbaar de neus ophalen om deze vrij te maken van neusvocht (snotteren, snitteren, snutten). [N 84 (1981)] III-1-2
zijn pasen doen paascommunie (<lat.): Pòsj-kemunie (Epen) De Paascommunie doen [de oeëster hauwe]. [N 96C (1989)] III-3-3
zijn pasen houden pasen houden: pòsje hòwwe (Epen) Zijn Paasplicht vervullen, zijn Pasen houden, d.w.z. in de Paastijd, rond Pasen te biecht en te Communie gaan [ziene paose ha.lde, zien Paoskemunie doon]. [N 96D (1989)] III-3-3