e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q284p plaats=Eupen

Overzicht

Gevonden: 1837
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
kolengruis gries: gərēs (Eupen) kohlenklein III-2-1
kolenschop troffel: trufəl (Eupen) Kohlenschaufel III-2-1
kom komp: komp (Eupen), koͅmp (Eupen, ... ), schotel: šotəl (Eupen, ... ) een kom, twee kommen (rond en diep) [ZND 01 (1922)], [ZND 28 (1938)] || kom III-2-1
komen komen: koəmə (Eupen, ... ) komen [RND] || kommen, komen [ZND m] III-1-2
komkommer komkommer: komkomer (Eupen), komkommer (Eupen) [ZND 34 (1940)] I-7
konijn konijn: kni.nə (Eupen), ook ondergebracht mat. van ZND01, u-130  knīnə (Eupen), kni‧i.n (Eupen) konijn [ZND 01 (1922)] III-2-1
koning koning: koenək (Eupen), koͅ‧n.ək (Eupen), könnek (Eupen) koning [RND], [ZND 28 (1938)], [ZND m] III-3-1
kookkachel, fornuis fornuis: foͅrnø͂ͅs (Eupen), komfoor: verouderd (!)  koͅmfur (Eupen) keukenfornuis || Kochherd, fornuis III-2-1
kool, algemeen: een krop kool kool: ko‧əl (Eupen), kül (Eupen), k‧yəl (Eupen) I-7
koolmees, mees taats: tātš (Eupen), taatsje: tēͅtškə (Eupen) mees [ZND 01 (1922)] III-4-1