e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Eversel

Overzicht

Gevonden: 35

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
boek boek: book (Eversel) boek [ZND 44 (1946)] III-3-1
boer boer: den hielen daag ès hië al bè Willempje, bè Blanquaert, bè Jantje, bè de boer, bè den timmerman, bè grutvaoder, bè mich, bè ooch, bè hun (Eversel) De hele dag is hij al bi Willempje, bij Blancquaert, bij Jantje, bij de boer, bij de timmerman, bij grootvader, bij mij, bij u (enkv.), bij hem, bij haar, bij ons, bij u (mv), bij hun [ZND 44 (1946)] III-3-1
burgemeester burgemeester: boergemiester (Eversel) burgemeester [ZND 44 (1946)] III-3-1
buurman buurman: buirman (Eversel), tes va men noonk, va me moejer, va Buurman (Eversel) buurman [ZND 44 (1946)] || Het is van mn oom, van mn moeder, van buurman [ZND 44 (1946)] III-3-1
dokter dokter: dooktoer (Eversel) Hij woont naast de dokter, naast Verbelen [ZND 44 (1946)] III-1-2
doof doof: dūf (Eversel) doof [ZND m] III-1-1
elders, ergens anders op een ander: oppenaner (Eversel) Overvloed. Hier vindt ge die planten niet, maar elders (ergens anders, ievers, ...) groeien ze in overvloed. [ZND 44 (1946)] III-4-4
fiets velo: vielo (Eversel) fiets [ZND 44 (1946)] III-3-1
gang gang: gaŋk (Eversel) gang [ZND 01 (1922)] III-2-1
geld geld: geld (Eversel), hè is vaoder zenne jas em moejer heur geld, vaoder zen kooi en vaoder zennen hond (Eversel), moejer bè wie moot ich geld haolen (Eversel) geld [ZND 44 (1946)] || Hier is vader zn jas en moeder haar geld; vader zn doe en vader zn hond [ZND 44 (1946)] || Moeder, bij wie moet ik geld halen ? [ZND 44 (1946)] III-3-1