e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q119p plaats=Eygelshoven

Overzicht

Gevonden: 1595
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
etensketeltje mietje: mietje (Eygelshoven, ... ), gemailleerd pannetje met handvat waarin warme maaltijd naar het veld werd gebracht  mietje (Eygelshoven) berremiet/ marmiet, in de betekenis van koperen waterketel; betekenis/uitspraak [N 20 (zj)] || tweelingpannetje (voor soep en aardappelen) om eten naar arbeiders in het veld te brengen (hinkelman) [N 20 (zj)] III-2-1
etensresten orten: ôtse (Eygelshoven) Etensresten, overschotjes (orte?) [N 16 (1962)] III-2-3
feest feest: fes (Eygelshoven) Feest. III-3-2
fiets fiets: fiets (Eygelshoven) Wat is de dialectbenaming voor een rijwiel in het algemeen [N 99 (1991)] III-3-1
filter in de melkzeef zijdoekje: zęi̯dø̄kškǝ (Eygelshoven) In het algemeen is de filter een linnen of katoenen lap waardoor de melk gezuiverd wordt van verontreinigingen. In plaats van deze lap gebruikt men ook wel een vel filtreerpapier of een schijf watten. Ouderwets is de met paardenhaar vervaardigde melkzeef. [L 48, 35.Ia, Ib en Ic; Lu 2, 35.Ib en Ic; A 18, 11b en 11c; BN 2, 4; monogr.] I-11
flauwvallen kwalijk worden: koalig weade (Eygelshoven), onmachtig worden: onmechtig weade (Eygelshoven) het bewustzijn verliezen [DC 60 (1985)] III-1-2
fluim koet: koe:t (Eygelshoven) fluim [klad, kwalster, kwaaier] [N 10a (1961)] III-1-2
fluimen uitspuwen koeten: koete (Eygelshoven) spuwen: fluimen uitspuwen [kwalstere, kwaajere, uitgooje] [N 10 (1961)] III-1-2
fluisteren fluisteren: flustere (Eygelshoven) fluisteren [DC 16 (1948)] III-3-1
fluit fluit: fleut (Eygelshoven) Fluit. III-3-2