e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q202p plaats=Eys

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
motor motor: motor (Eys) een bestuurbaar voertuig op 3 of meer wielen, voortbewogen door een zich daarin bevindende motor, meestal gedreven door benzine [auto, wagen, kar, tuffer] [N 90 (1982)] III-3-1
motorgoot aandrijfrutsche: ā.ndr˙ifru.tš (Eys  [(Oranje-Nassau I / III / IV)]   [Laura, Julia]) Transportgoot waarop de beweging van de schudgootmotor wordt overgebracht. Een motorgoot is doorgaans een versterkte goot die aan de onderkant voorzien is van een zogenaamde slof met boutgaten. De slof dient om de verbinding met de motor tot stand te brengen. [N 95, 625; Vwo 3; Vwo 17; Vwo 84] II-5
motorraam motorraam: m˙ōtǝrr˙ām (Eys  [(Oranje-Nassau I / III / IV)]   [Maurits]) IJzeren raam waarop de motor van een schudgoot met bouten bevestigd kan worden. [N 95, 616] II-5
motregen, fijne regen motregen: motraen (Eys), muggenpis: m. mer = maar.  ət es mɛr møqəpes (Eys), niks: nuiks (Eys), schuiltje: o.  šylkə (Eys) klein beetje regen [muggepis, pleisterke regen] [N 81 (1980)] || zeer weinig regenen, zodat de grond maar net nat is [spruikelen] [N 81 (1980)] III-4-4
motregenen, licht regenen smiezen: šmīēsə (Eys), sprinkelen: gesprinkelt (Eys), sprinkele (Eys), zouwelen: zou̯wələ, ’t zou̯wəlt (Eys) motregen, het motregent (regen met heel fijne druppels). [DC 30 (1958)] || zeer weinig regenen, zodat de grond maar net nat is [spruikelen] [N 81 (1980)] III-4-4
mout mout: mǭt (Eys) Het op de eest of eestvloer gedroogde en eventueel geroosterde graan. Zie ook de semantische toelichting bij het lemma ''eesten''. [N 35, 20; L 1a-m; L 1u, 166; S 5; Jan 14d; monogr.] II-2
mouw mouw: mow (Eys) mouw [SGV (1914)] III-1-3
mug mug: muk (Eys) steekmug [DC 18 (1950)] III-4-2
muilpeer kaakslag: kā.kšlā.ch (Eys), muilpeer: mōēlpêjer (Eys), slag onder de kits: šlā.ch o.ŋər də ke.tš (Eys), slag op de muil: slaag op de moel (Eys) muilpeer, slag op de kaak [SGV (1914)] || Slag op de kaak; muilpeer (flets, fleer, plakkaat, kek, kokarde, klamats). [N 84 (1981)] III-1-2
muiltje muil: moele (Eys), slob: šlubə (Eys) Hoe noemt men de muilen? [DC 09 (1940)] || Muiltje. Thuis dragen veel mensen in plaats van schoenen pantoffels of muilen. De eerste hebben wel, de andere geen opstaande achterkant. Hoe noemt men die zonder achterkant? [DC 44 (1969)] III-1-3