e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Eys

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
straalkanker kanker: kaŋkǝrt (Eys) Straal- of hoefkanker is een kwaadaardige woekering in de hoorn van de straal of zoolhoefwand. Deze wordt week en rot en er ontstaan rode, licht bloedende tepeltjes of wratten, die een roodachtig, stinkend vocht afgeven. Uiteindelijk raakt de hele hoefschoen ondermijnd. Kanker komt bij een paard voornamelijk in de hoef voor. De ziekte is ongeneeslijk. Vgl. het lemma ''rotstraal'' (7.19). Zie afbeelding 23. [A 48A, 19; N 52, 32d en 90l] I-9
straat straat: sjtroat (Eys) straat [DC 02 (1932)] III-3-1
straatgoot goot: (v.).  gø.t (Eys), grub: Van Dale: grub, (gew.) greppel, vore; drooggevallen beek; kuil, putje.  grup (Eys), riool: riool (Eys), zijp: (v.).  zī.p (Eys) een geul langs de weg waarlangs afvalwater kan wegstromen [N 90 (1982)] III-3-1
straf geven straf geven: sjtroaf gêjeve (Eys), straffen: sjtroave (Eys) straf geven [SGV (1914)] || straffen [SGV (1914)] III-2-2
strafschop penalty (eng.): penantie (Eys) Strafschop. [DC 49 (1974)] III-3-2
strek strekkant: štrɛkkānt (Eys) De lange smalle zijde van een metselsteen. Zie ook afb. 30. [N 31, 17b; N 98, 173; monogr.] II-8
strekijzer spreize: šprę.jts (Eys  [(Oranje-Nassau I / III / IV)]   [Winterslag, Waterschei]), strekijzer: štr˙ɛk˱ī.zǝr (Eys  [(Oranje-Nassau I / III / IV)]   [Laura, Julia]) IJzer voorzien van haak en klem om metalen ondersteuningen in een mijngang tegen verschuiven te verankeren. [N 95, 365; N 95, 416; monogr.] II-5
strekkenlaag streklaag: štrɛklǭx (Eys) Laag in lengterichting liggende bakstenen. Zie ook het lemma 'Strek' in wld ii.8, pag. 75 en afb. 41. [N 31, 23a; monogr.] II-9
stremsel vangsel: feŋsǝl (Eys) Het zuur dat bij de melk wordt gevoegd om het te laten stollen. [A 7, 26; N 3E (II] I-11
streng hel: hēͅ.l (Eys), strang: štr‧aŋ (Eys), štraŋk (Eys), streng: streng (Eys) Een streng garen, een gewonden en veelal ineengedraaide bundel waarin garen in de handel komt. De woordtypen lood, half lood, loodje en onsje duiden op een bepaalde hoeveelheid gewicht garen. [N 62, 56c; L 7, 58; L 28, 14; Gi 1.IV, 25; MW; S 36; monogr.] || niet toegevend, weinig vrijheid veroorlovend, stipt oordelend volgens wet of voorschrift [strak, streng, hard] [N 85 (1981)] II-7, III-1-4