e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L371a plaats=Geistingen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
kruisen kruisen: krȳsǝ (Geistingen) De spijlen op verschillende hoogtes kruisvormig in de korf steken. Het aanbrengen van spijlen in de bisschopskorf en zwanehals kan men alleen door middel van kruisspijlen. In andere gevallen brengt men ze aan om de korfdoek bol te spannen. [N 63, 7b] II-6
kruisheer kruisheer: kruushier (Geistingen) Een Kruisheer [Kruushier]. [N 96D (1989)] III-3-3
kruisprocessie kruisprocessie (<lat.): kruuspersessiej (Geistingen) De processie die tijdens de kruisdagen gehouden wordt voor een goede oogst, de kruisprocessie . [N 96C (1989)] III-3-3
kruisspin spin: speͅn (Geistingen) kruisspin, spin met wit kruis op de rug die radvormig web maakt [N 26 (1964)] III-4-2
kruisteken kruisje: kruuske (Geistingen) Een kruisteken [kruis, krèùs/kröös, kruus, kruuts, kruusteiken?]. [N 96B (1989)] III-3-3
kruisverering kruisverering: kruusveriering (Geistingen) Het gebruik om op Goede Vrijdag de relikwie van het Heilig Kruis te kussen, de Kruisverering. [N 96C (1989)] III-3-3
kruisweg kruisweg: kruusweeg (Geistingen), kruuswèèg (Geistingen) De gebedsoefening langs de 14 staties van Jezus gang van Pilatus naar Golgotha [kruisweg, kruuswèg, kruutswèèg]. [N 96B (1989)] || Het geheel van 14 kruiswegstaties in de kerk [kruu(t)swèèg, kruuswèg?]. [N 96A (1989)] III-3-3
kruisweg: 14 staties veertien staties: vieriten stasiej (Geistingen) De 14 staties. [N 96B (1989)] III-3-3
kruiswegstatie kruiswegstatie: kruuswèègstasiej (Geistingen), statie: stasiej (Geistingen) Elk van de 14 afbeeldingen van Jezus kruisweg [statieoene, staties?]. [N 96A (1989)] || Één statie van de kruisweg. [N 96B (1989)] III-3-3
kuiltje (in de kin / wangen) kuiltje: kuûlke (Geistingen) Kuiltje in de wang: een kuiltje in de wang, bijv. als men lacht (kuilke, kuiltje, putje). [N 106 (2001)] III-1-1