22441 |
gemaskerd persoon |
man met een mombakkes op:
ne mam met e mombakkes op (Q003p Genk),
vastelavondgek:
vesteloovedgek (Q003p Genk)
|
Carnavalvierder (gemaskerd). || Hoe heet: een gemaskerd persoon? [ZND 31 (1939)]
III-3-2
|
18945 |
gemeen |
gemeen:
ook materiaal znd 23, 79
gemeen (Q003p Genk)
|
gemeen (smerig, slecht) [ZND 01 (1922)]
III-1-4
|
18165 |
genezen |
beter:
bèter (Q003p Genk),
genezen:
genāēzen (Q003p Genk)
|
genezen [ZND m] || genezen: De zieke is vandaag een beetje (een weinig) beter [ZND 44 (1946)]
III-1-2
|
33319 |
gepachte hoeve, pachtgoed |
pachtgoed:
paxt˲gut (Q003p Genk),
pachthoeve:
paxthuf (Q003p Genk),
winning:
wɛneŋ (Q003p Genk)
|
Het bedrijf dat een boer niet in eigen bezit heeft maar pacht (huurt) van de eigenaar aan wie hij in enige vorm betaalt voor het gebruik. Bij winning in L 352 wordt aangetekend: "vroeger heeft de naam denkelijk bestaan, want er is nog een boerderij die de naam De Winning draagt". Bij enkele opgaven in Nederlands Zuid-Limburg wordt opgemerkt dat enige pachthoeven nog in "halfsheid liggen"; de eigenaar ontvangt de helft van het koren, terwijl de pachter ("halfer") het overblijvende koren krijgt met het stro. Algemene en specifieke termen zijn in dit lemma uit elkaar gehouden. Voor de fonetische documentatie van de opgaven die gelijk zijn aan die voor boerderij in het algemeen, zie het lemma "boerderij, algemeen" (1.1.1). [A 10, 2bI; L 38, 21a; L 48, 22; Lu 2, 22; S 27; Wi 18; monogr.; add. uit L 38, 22 en ander materiaal van lemma 1.1.1]
I-6
|
20408 |
gepensioneerd (zijn) |
gepensioneerd:
znd 35, 65
gépénsjéneerd (Q003p Genk)
|
gepensioneerd; hij is -; op pensioen gesteld [ZND 35 (1941)]
III-2-2
|
17560 |
geraamte |
geraamte:
gərömtə (Q003p Genk)
|
een geraamte [ZND 01u (1924)]
III-1-1
|
18939 |
gereed |
vaardig:
zijder bekans vèèrig
vèèrig (Q003p Genk)
|
gereed
III-1-4
|
26729 |
gereedschap |
getuig:
getuig (Q003p Genk
[(Winterslag / Waterschei)]
[Zolder])
|
Algemene benaming voor het gereedschap. [N 95, 721; N 95, 724; N 95, 727; monogr.]
II-5
|
28147 |
gereedschap inleveren |
[gereedschap] binnenbrengen:
[gereedschap] binnenbrengen (Q003p Genk
[(Winterslag / Waterschei)]
[Zwartberg, Waterschei])
|
Werktuigen bijvoorbeeld voor reparatie inleveren. De plaatselijke term voor "gereedschap" vindt men in het lemma Gereedschap. [N 95, 724]
II-5
|
25591 |
gereedschap waarmee men invet |
doek:
dok (Q003p Genk),
vod:
vod (Q003p Genk)
|
De borstel, lap, vod enz. waarmee olie, vet, boter enz. op bakblik, bakplaat e.d. worden aangebracht. [N 29, 38b]
II-1
|