28662 |
slingeren |
slingeren:
slingeren (Q003p Genk)
|
Het oogsten van honing door middel van een honingslinger. De ramen worden zo geplaatst dat de toplatten achteraan komen. De reden is dat de stand van de cellen van binnen naar buiten wijst, iets schuin omhoog. [N 63, 126; N 63, 123a; JG 1b; Ge 37, 174; monogr.]
II-6
|
28661 |
slingerhoning |
slingerhoning:
sle.ŋǝrhūǝ.neŋ (Q003p Genk),
sleŋerhuǝneŋ (Q003p Genk)
|
Honing die geoogst wordt door de raten in een toestel rond te laten slingeren, waardoor de honing uit de raten verwijderd wordt. [N 63, 116c; N 63, 115c; JG 1a; monogr.]
II-6
|
18228 |
slip |
slip:
himəslip (Q003p Genk),
ss. sub. himme.
himmeslippe (mv.) (Q003p Genk),
vaan:
vōən (Q003p Genk)
|
hemdslip || hemdslip, pand van een hemd [slup, slipruiter, geer, vaan, lesj, hemsjlup] [N 25 (1964)]
III-1-3
|
18270 |
slipjas |
pitteleer (<fr.):
Slipjas.
pitteleer (Q003p Genk),
slipjas:
slipjas (Q003p Genk)
|
Afhangend einde van een kledingstuk [slip, klamp] [slipjas] [N 114 (2002)]
III-1-3
|
28380 |
slippen |
slepen:
slepen (Q003p Genk
[(Winterslag / Waterschei)]
[Domaniale])
|
Gezegd van een transportband. Een slippende band is gevaarlijk, omdat daardoor brand kan ontstaan (Handb. H. pag. 71). Op de vier Oranje-Nassaumijnen had men volgens de invuller uit Q 113 een afdoend middel voor een slippende transportband: men ging er met een paar man op lopen zodat hij op de rollen werd gedrukt. [N 95, 651]
II-5
|
18299 |
slobkous |
get:
gɛtə (Q003p Genk)
|
Slobkous, een paar slobkousen. Bedoeld wordt een bekleedsel dat de voetwreef en het onderste van de scheen bedekt; aan de zijkant toegehaakt en soms met een riempje onder de schoen bevestigd (fr. guêtre) [ZND 48 (1954)]
III-1-3
|
17948 |
sloffen |
sloffen:
sloeffen (Q003p Genk)
|
Zodanig lopen dat de zool over de grond schuift (sloffen, klossen, sjroevelen, sjroeffelen) [N 108 (2001)]
III-1-2
|
17695 |
slokdarm |
slokdarm:
slogdeͅrəm (Q003p Genk)
|
slokdarm [krop, gorgel] [N 10 (1961)]
III-1-1
|
18977 |
slons (slodder?) |
schaddel:
sjaddel (Q003p Genk),
slodder:
sladder (Q003p Genk)
|
sloor || vuile vrouw
III-1-4
|
22340 |
slootjespringen |
over de zouw springen:
over de zauw springe (Q003p Genk)
|
slootje springen [pikkelegen, sponselen, kapoetelen] [N 112 (2006)]
III-3-2
|