e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Genoelselderen

Overzicht

Gevonden: 593
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
tuberculose pokken: pǭkǝ (Genoelselderen) Een besmettelijke ziekte die ontstaat doordat tuberkelbacteriën in het lichaam van het dier geraken. De besmetting kan op verschillde wijzen gebeuren: direct, doordat de smetstof met de ingeademde lucht of het opgenomen voedsel van lijders aan tuberculose belandt in het lichaam van gezonde stalgenoten; indirect, doordat de smetstof via zuivelfabrieken met de melk van het ene bedrijf op het andere terechtkomt. Het is een slepende ziekte. Zie ook het lemma ''tuberculose'' in wbd I.3, blz. 483.' [N 3A, 85a; N 52, 17a; A 48A, 30a] I-11
ui, ajuin un: yn (Genoelselderen) ajuin (sg) [Goossens 2c (1963)] I-7
uitglijden schrankelen: šreŋkələ (Genoelselderen), uitschrankelen: autsjrènkĕlĕ (Genoelselderen) uitglijden [ZND 24 (1937)] III-1-2
uitmaken wie mag beginnen schraampje werten: və zylə tjøs šreuimkə wɛrtə (Genoelselderen), tellen: Andere spelen [dan knikkerspel].  ve zulle telle (Genoelselderen), werpen: Knikkerspel.  ve zulle werpe, t kotste un leng est veur (Genoelselderen) Hoe zeggen de kinderen, wanneer ze eerst willen zien wie mag beginnen, b.v. bij het knikkerspel? Vertaal dus en vul aan: We zullen eerst ... [ZND 26 (1937)] III-3-2
uitnodigen voor een begrafenis roepen: roepe (Genoelselderen) uitnodigen (voor begrafenis) [ZND 32 (1939)] III-3-1
vader vader: vaoier (Genoelselderen) vader; hij aardt naar zijn vader [ZND 19 (1936)] III-2-2
van hoge afkomst van hoge afkomst: van hoog aofkums (Genoelselderen), van rijke lui: van grootte  van raaike laai (Genoelselderen) van hoge afkomst; hij is - - - [ZND 19 (1936)] III-2-2
vangen vangen: vange (Genoelselderen) vangen [ZND 25 (1937)] III-1-2
varkens mesten masten: mastǝ (Genoelselderen), vetten: vętǝ (Genoelselderen) Het vetmesten van varkens totdat ze geschikt zijn voor export of slacht. [N 76, 37c; JG 1b, 1c, 2c; monogr.] I-12
varkenstrog trog: tru̯ǫx (Genoelselderen), trōǝx (Genoelselderen) De vaste voerbak in een varkenshok voor het vloeibare voedsel. [N 5A, 60d; A 4, 4d; L 8, 19; L 20, 4d] I-6