e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q193p plaats=Gronsveld

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
poken ragelen: raochele (Gronsveld) Met een pook in de kachel of het vuur porren (poken, peuteren, rakelen, koteren) [N 79 (1979)] III-2-1
politieagent diender: Vero.  deender (Gronsveld) politieagent III-3-1
pollepel potlepel: potlèepel (Gronsveld), potlëpel (Gronsveld), scheppan: sjöppan (Gronsveld), soeplepel: soplèepel (Gronsveld), sōplèepel (Gronsveld) lepel, metalen ~; inventarisatie benamingen; betekenis/uitspraak [N 20 (zj)] || pollepel || soort grote pollepel III-2-1
pols pols: pols (Gronsveld) pols [DC 01 (1931)] III-1-1
polsmof mofje: mufke (Gronsveld) polsmof, kort gebreid kledingstuk ter verwarming van pols en hand [sjtoek, polsmof, handmufke, armmufke, molleke, moefke] [N 23 (1964)] III-1-3
pompen van de meikever centen tellen: Gronsveld Wb  sénte telle (Gronsveld) Hoe noemt u het herhaalde malen de vleugels bewegen voordat hij opvliegt, gezegd van een meikever (geld tellen) [N 83 (1981)] III-4-2
pompon van een muts floche (fr.): floûs (Gronsveld) pluim gemaakt van wollen of katoenen garen III-1-3
ponder pondel: om uit de hand te wegen in gebruik bij lompenkooplui  pungel (Gronsveld) Weeginstrument met trekveerwerking. [N 18 (1962)] III-3-1
pook ragelijzer: raocheliézer (Gronsveld), stovenijzer: sjtaoveniézer (Gronsveld) pook III-2-1
poort poort: pūrt (Gronsveld), pūǝrt (Gronsveld) Opgenomen zijn de benamingen die de poort in het algemeen. Zie ook de lemmata "stalpoort, staldeur" (2.1.3) en "schuurpoort" (3.1.2). Zie de afbeeldingen 22, (a) ronde poort; 23, (b) rechthoekige poort; en 24, (c) details van de poort. In de toegevoegde klankkaart zijn de lengte van klinker en de gevallen van pseudo-klankverschuiving van de slot-t aangegeven. Zie afbeelding 18. [N 7, 48a; JG 1a, 1b; A 10, 7a en 7b; L A2, 286; L 5, 56; L 12, 5; R (s] I-6