e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q203p plaats=Gulpen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
rafel rafel: rüffelen (Gulpen), vezel: vizels (Gulpen) Hoe noemt men de losse draden, die uit een weefsel loslaten? (Nederl. rafels) [DC 31 (1959)] III-1-3
rafelen rafelen: raffele (Gulpen, ... ), riffele (Gulpen), riffelen: refǝlǝ (Gulpen) aan de rand uiteenvallen in afzonderlijke draden, het loslaten van draden, gezegd van weefsel [rafelen, raffelen, reffelen, riefelen] [N 86 (1981)] || rafelen [SGV (1914)] || Uitvezelen van stof. [N 59, 188; N 62, 45a; MW; S 29; monogr.] II-7, III-1-3
ragebol spinnenkop: sjpinnekop (Gulpen) ragebol, bolvormige borstel waarmee spinnewebben worden verwijderd [N 26 (1964)] III-2-1
ragout van gebraden gevogelte ragout: ragout (Gulpen, ... ) Hoe noemt U: Ragout van gebraden gevogelte (salmi) [N 80 (1980)] III-2-3
rails rails (<eng.): rails (Gulpen, ... ) de staven waarop een trein loopt [rails, riels, riggels] [N 90 (1982)] III-3-1
ramen lappen lappen: lappe (Gulpen), vensteren wassen: venstərə wɛšə (Gulpen), zemen: zèeme (Gulpen) Ramen schoonmaken met behulp van spons en zeem (zemen, lappen, kuisen) [N 79 (1979)] || ramen zemen [DC 15 (1947)] III-2-1
rammelaar rammelaar: rammeleer (Gulpen), rekel: raikel (Gulpen), rèkel (Gulpen) Het speeltuig voor heel jonge kinderen, dat bestaat uit een holle bol met een handvat waarin zich één of meer losse balletjes bevinden [rammelaar, rammel, klater]. [N 88 (1982)] || konijn, mannetje [DC 04 (1936)] III-2-1, III-3-2
rammelen rammelen: rammelen (Gulpen), ra͂mmele (Gulpen) een onwelluidende, trillende klank voortbrengen, gezegd van loszittende voorwerpen die in beweging gebracht worden [rammelen, rotelen] [N 91 (1982)] III-4-4
rank rank: rang (Gulpen), rank (Gulpen), ränk (Gulpen), Veldeke / eventueel aangevuld met systeem Jones  rank (Gulpen), ranken (mv.): WLD  ranke (Gulpen, ... ), reng (mv.): meervoud  reng (Gulpen), Veldeke / eventueel aangevuld met systeem Jones mv.  reng (Gulpen) rank [SGV (1914)] || ranken (v.e. wingerd) [SGV (1914)] || Stengel met bladeren, bloemen, etc. die in zichzelf niet voldoende stevigheid bezit om overeind te staan, vooral van klimplanten (reng, rank, rene, tak). [N 82 (1981)] III-4-3
ranken van de wingerd ranken: ränk (Gulpen) [SGV (1914)] I-7