e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q203p plaats=Gulpen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
schoft, kwart van een werkdag kwartdag: kwartdaag (Gulpen) een vierde deel van een werkdag [schoft, schof, poos] [N 91 (1982)] III-4-4
schokschouderen aan de schouders trekken: à gen sjowwer trekke (Gulpen) schokschouderen [SGV (1914)] III-1-2
schol schol: schol (Gulpen), sjol (Gulpen), Veldeke, eventueel aangevuld met systeem Jones  sjol (Gulpen) Hoe noemt u de schol: een platvis die tot 70cm lang kan worden. Hij heeft een rij benige uitsteeksels tussen het oog en de nabije borstvin. Op het lichaam komen mooie oranje vlekken op een grijsbruine ondergrond voor (plaat, pladijs, schol, schar) [N 83 (1981)] III-2-3
schommel schokkel: schokkel (Gulpen), shokkel (Gulpen, ... ), sjokkel (Gulpen, ... ), sjökkel (Gulpen), Duitse "sch  schokkel (Gulpen, ... ), schuitje: schuitje (Gulpen), schuùtsje (Gulpen) Het speeltuig bestaande uit een tussen twee neerhangende touwen bevestigde plank, waarop men door zich af te zetten heen en weer zweeft [schommel, touter, stuur, rui, boeis]. [N 88 (1982)] || Hoe noemt men het hier afgebeelde kinderspeelgoed, bestaande uit een touw dat, aan een balk of een boom tak gebonden, in een bocht naar beneden hangt, waarin kinderen graag heen en weer zweven? [DC 19 (1951)] || schommel [SGV (1914)] || Schommel. || Soms is in de bocht van het touw een plankje of een bak bevestigd, waarop of waarin het kind zit. Noemt men deze vorm van het speelgoed misschien met een andere naam als de onder a getekende? [DC 19 (1951)] III-3-2
school school: šuəl (Gulpen) school [RND] III-3-1
schoolbordenverf bordverf: bǫrt˲vɛrǝf (Gulpen) Speciale verfsoort die diepzwart opdroogt, een kalkdof, enigszins ruw oppervlak vertoont en bestand is tegen afwassen met water. [N 67, 29] II-9
schoolcijfer punt: punt (Gulpen) cijfer; Op een schoolrapport krijgt men voor verschillende vakken (een) .... [DC 48 (1973)] III-3-1
schoolhoofd bovenmeester: bovenmeester (Gulpen), hoofd: hoofd (Gulpen) het hoofd van een lagere school [bovenmeester, bovenkoster] [N 90 (1982)] III-3-1
schoolopziener schoolopzichter: sjoeëlopzichter (Gulpen), schoolopziener: sjoeëlopziener (Gulpen) schoolopziener [SGV (1914)] III-3-1
schoon, rein proper: praoëper (Gulpen) Rein, schoon, als gevolg van het poetsen (schoon, proper) [N 79 (1979)] III-2-1