e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Gulpen

Overzicht

Gevonden: 4929

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
afstoppen vastzetten met stopverf: vas˲zetǝ męt štǫp˲vɛrǝf (Gulpen) Een ruit met behulp van stopverf in de sponning vastzetten. [N 67, 90e] II-9
aftrekken (met de hand) kruiden: kruǝ (Gulpen) Het uit de grond trekken van konijnevoer, onkruid, e.d., zonder dat daarbij gereedschap wordt gebruikt. [N Q, 11c] I-5
aftroggelen aftroggelen: (aaf)trokkele (Gulpen), afzetten: aafzette (Gulpen), afzetter (zn.): aafsitter (Gulpen) listig of met bedrog iets van iemand weten te krijgen [troggelen, aftroggelen, uitschillen, affoefelen, aftruifelen, aftisselen, afstrepen, affutselen, afzetten] [N 89 (1982)] || troggelen (af~) [SGV (1914)] III-3-1
afvallen van bladeren kalen: kaalen (Gulpen) afvallen van bladeren [DC 48 (1973)] III-4-3
afwas spoel: dər špø&#x0304l (Gulpen) het vaatwerk dat op een bepaald ogenblik afgewassen moet worden [DC 15 (1947)] III-2-1
afwasborstel borstel: bäöesjtel (Gulpen) Borstel waarmee potten en pannen gereinigd worden (borstel, schrobbertje) [N 79 (1979)] III-2-1
afwassen spoelen: špø&#x0304lə (Gulpen) vaatwerk (borden, lepels, messen, pannen, enz.) met behulp van warm water of zeepsop schoonmaken [DC 15 (1947)] III-2-1
afwasteil, afwasbak spoelbak: sjpeulbak (Gulpen) afwasbak [N 07 (1961)] III-2-1
afwaswater spoelwater: špø&#x0304lwātər (Gulpen) Het water, vermengd met zeep of soda, waarin het vaatwerk afgewassen moet worden [DC 15 (1947)] III-2-1
afzetten bestropen: bestréúpe (Gulpen), te duur doen betalen: te duur daove betale (Gulpen) meer laten betalen dan een artikel waard is; te duur doen betalen [strepen, aankomen, strafelen, straffen, stropen, stroefen, scholpen, nijpen, afdrogen, overschatten] [N 89 (1982)] III-3-1