33513 |
sperziebonen |
sperziebonen:
sjperziebon (Q203p Gulpen),
Veldeke / eventueel aangevuld met systeem Jones
sjperziebon (Q203p Gulpen),
WLD
sperziebonne (Q203p Gulpen, ...
Q203p Gulpen)
|
De gewone boon met gezwollen zaden, prinsesseboon,sperzieboon, (slaboon, kereboon, herenboon, boterboon, prinses, suikerboon). [N 82 (1981)]
I-7
|
20535 |
spetteren |
kissen:
kiesje (Q203p Gulpen),
knetteren:
knettere (Q203p Gulpen),
snirken:
snerke (Q203p Gulpen),
spatten:
spatte (Q203p Gulpen)
|
sudderen; Hoe noemt U: Knetteren van de boter in de pan bij verhitting (snerken, sudderen) [N 80 (1980)]
III-2-3
|
19804 |
spiegel |
spiegel:
sjpeegel (Q203p Gulpen)
|
spiegel [SGV (1914)]
III-2-1
|
30778 |
spiegelglas |
spiegelglas:
špēgǝlglās (Q203p Gulpen)
|
Gegoten glas dat door slijpen en polijsten geheel doorzichtig is geworden. Spiegelglas kan in grote diktes en afmetingen geleverd worden en wordt vooral voor winkelruiten gebruikt. [N 67, 89g]
II-9
|
21430 |
spieken |
afkijken:
aafkieke (Q203p Gulpen)
|
spieken; Hoe noemt u bij een proefwerk stiekum gebruik maken van een boek of een papiertje/ [DC 48 (1973)]
III-3-1
|
21373 |
spijbelen |
langs de school lopen:
langs de schoel gelaope (Q203p Gulpen),
langs gen schoeêl loape (Q203p Gulpen)
|
spijbelen [SGV (1914)] || wegblijven van school: Hoe noemt men heimelijk, zonder medeweten van de ouders, ---? [DC 24 (1953)]
III-3-1
|
33133 |
spikken |
spikken:
špikǝ (Q203p Gulpen)
|
Onder spikken (of het enkelvoud: spik) verstaat men doorgaans een verbijzondering van het begrip "graanafval", namelijk het (onvolgroeide) graan met het kaf er nog omheen, dat dus niet heeft losgelaten bij het dorsen. Deze spikken worden dan als varkensvoer gekookt. Zie ook de toelichting bij het lemma ''graanafval'' (6.1.30). [N 14, 35d; JG 1a, 1b; monogr.]
I-4
|
24379 |
spin |
spin:
sjpìn (Q203p Gulpen),
špen (Q203p Gulpen)
|
spin [RND], [SGV (1914)]
III-4-2
|
20121 |
spinnen |
snorren:
Veldeke, eventueel aangevuld met systeem Jones
sjnorre (Q203p Gulpen),
spinnen:
schpínne (Q203p Gulpen),
spinne (Q203p Gulpen),
špenǝ (Q203p Gulpen),
Veldeke, eventueel aangevuld met systeem Jones
sjpinne (Q203p Gulpen)
|
De handeling die met behulp van een spinnewiel werd verricht. Vooral voor vlas en hennep was het raadzaam de spinvingers nat te houden tijdens het spinnen. Hiervoor had men een klein potje met water aan rokken of wiel hangen (Weyns, pag. 844-845). Soms werden daartoe ook wel kleine, twee-orige kruikjes van ongeveer 7 cm hoog gebruikt, gebakken onder andere te Raeren. [N 34, C; RND 3; Wi 27; S 34; monogr.] || Hoe noemt u een snorrend, brommend geluid maken, van katten, meestal ten teken van welbehagen (korzen, spinnen, ronken, snurken, snorren, minzen) [N 83 (1981)]
II-7, III-2-1
|
24381 |
spinnenweb |
spinnenweb:
špɛnəwɛp (Q203p Gulpen)
|
spinnenweb [RND]
III-4-2
|