e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Haanrade

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
treuren treuren: troe’re (Haanrade) treuren, rouwen III-1-4
treuzelaar drentelvot: tren’telvót (Haanrade), klommelaar: klu’meler (Haanrade), klommelskerel: kloe’melskeël (Haanrade), sokkenzomer: zök’kezeumer (Haanrade) treuzelaar || treuzelaart || treuzelkous III-1-4
treuzelen breuzelen: breu’zele (Haanrade), klommelen: kloe’mele (Haanrade) bazelen, treuzelen || treuzelen III-1-4
troffel troffel: trufǝl (Haanrade) Metselaarsgereedschap, bestaande uit een metalen blad van driehoekige vorm aan een gekromde steel met houten handvat. De troffel wordt gebruikt om specie op de stenen te brengen en uit te strijken en om metselstenen op maat te hakken. Zie afb. 1a. Het woordtype schmeisstroffel was in Q 121 van toepassing op een troffel die bij het pleisteren werd gebruikt. De voorkant van het blad van deze troffel was, in tegenstelling tot dat van de gewone troffel, niet rond maar recht afgewerkt. Zie ook het lemma 'pleisteren'. [Wi 3; N 30, 7a; monogr.] II-9
troost troost: troeës (Haanrade) troost III-1-4
troosten; troost troosten: trües’te (Haanrade) troosten III-1-4
trots stolz (du.): sjtoots (Haanrade) trots III-1-4
tuin bloemengaard: bloͅməjāt (Haanrade) bloementuin III-2-1
tuinbonen paardsbonen: peëds’boeën (Haanrade), spekbonen: sjpek’boeëne (mv.) (Haanrade), wasbonen: soort boon  waks’boeën (Haanrade) boon || paardeboon || spekboon I-7
tuingeranium geranium: jərānii̯um (Haanrade) geranium III-2-1