e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Hamont

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
jongste kind bedorven strontje: bedərven streuntje (Hamont), jongste: jòngstən (Hamont), kleine: klennen (Hamont), kleinste: klénstən (Hamont), schalenketeltje: tsjalenkutelke (Hamont) jongste kind; hoe heet het jongste kind van het gezin? [ZND 36 (1941)] III-2-2
jood jood: nə jōət, twījə jōədən (Hamont, ... ) Een jood, twee joden, [ZND 27 1938)] || Een jood, twee joden. [ZND 27 1938)] III-3-1, III-3-3
judas judas: nə jydas (Hamont) Een Judas (uitspraak van j als in ja? of zj als in Frans Jean?). [ZND 27 (1938)] III-3-3
juffrouw juffrouw: jøfroͅw (Hamont) juffrouw [ZND 27 (1938)] III-3-1
jurk kleed: katoene kleed (Hamont), katoenne kljeejd (Hamont), ketoene klieëd (Hamont), ketoene klîed (Hamont), klīət (Hamont), kətoene klied (Hamont), ə blow kliëd (Hamont), ə blōw klījət (Hamont, ... ) blauw kleed [ZND 32 (1939)] || Een katoenen kleed. [ZND 41 (1943)] || jurk, japon, kleed van een vrouw [pon] [N 24 (1964)] III-1-3
jus, vleesnat bouillon: bouillon (Hamont), jus: jø̄ (Hamont), zeu (Hamont), zju (Hamont), nat: naot (Hamont), saus: saws (Hamont), Syst. Frings  sau̯s (Hamont, ... ), vleesnat: fläsnōͅət (Hamont) Saus of jus (sop?) [N 16 (1962)] || vleesnat, jus [ZND 36 (1941)] III-2-3
kaak wang: waŋ (Hamont, ... ) kaak [N 10b (1961)] III-1-1
kaakbeen(rand) kinnebak: kenəbak (Hamont, ... ) kaakrand waarin de tanden staan [raak] [N 10 (1961)] III-1-1
kaal (zijn), kaal hoofd kletskop: kletskop (Hamont), teznə kleͅtskoͅp (Hamont, ... ) kaal hoofd (hebben) (spotbenamingen) [kletskop, hij is bij het goevernement] [N 10 (1961)] || kaalhoofd III-1-1
kaal duivenjong platjong: plàtjo.ŋk (Hamont) Kaal duivenjong. [Goossens 1b (1960)] III-3-2