20844 |
pepermunt |
muntebol:
muntebol (Q002p Hasselt)
|
pepermuntje
III-2-3
|
33564 |
perenboom |
perenboom:
peereboeëm (Q002p Hasselt)
|
perenboom
I-7
|
25923 |
perenstroop |
perenstroop:
piǝrǝstrūp (Q002p Hasselt)
|
Stroop, gemaakt van peren. [N 57, 34b; N 57A, 6; monogr.]
II-2
|
17911 |
persen |
apprehensie maken:
apprehensie maken (Q002p Hasselt),
persen:
posǝ (Q002p Hasselt),
werken:
werken (Q002p Hasselt)
|
Het maken van uitdrijvende bewegingen, gezegd van de koe die gaat kalven. [N 3A, 47] || Het persen van de stof met een zwaar ijzer. [N 59, 77; monogr.]
I-11, II-7
|
28656 |
pershoning |
pershoning:
pɛrshø̄ǝneŋ (Q002p Hasselt)
|
Honing die men verkrijgt door de raten te persen, zodat de honing eruit loopt. Na verwijdering van de blanke, gave stukken raathoning doet men de onregelmatige stukken honingraat, nog niet verzegelde honing, open en gesloten broed, stuifmeelraten, grof werk, moerdoppen, dode bijen en ander afval in zakken van kaasdoek. Deze legt men in de honingpers, waarin ze onder grote druk de nog resterende honing prijs geven (De Roever, pag. 167). Deze geperste honing blijft echter na zeven en klaren toch een produkt van mindere kwaliteit. [N 63, 116b; N 63, 115d; N 63, 115c; JG 1a; monogr.]
II-6
|
28920 |
perslap, strijklap |
perslap:
poslap (Q002p Hasselt)
|
De perslap is een linnen of katoenen vochtige lap, die tijdens het persen en afglanzen tussen de stof en het persijzer wordt gelegd. Volgens Papenhuyzen III (pag. 8) is het het beste een linnen perslap te gebruiken, omdat deze de stof veel beter afglanst en niet zo vlug doorperst. [N 59, 28; N 59, 20; monogr.]
II-7
|
28677 |
perslatwerk |
leertje:
līrkǝ (Q002p Hasselt)
|
Laddervormig latwerk dat over een kuip of ton gelegd wordt. Met de hand drukt de imker de perszak op dit latwerk, opdat de honing eruit kan vloeien. [N 63, 122d]
II-6
|
19229 |
persoon met een lastig karakter |
lastige, een -:
ne lestige (Q002p Hasselt)
|
Hij is niet gemakkelijk, ... niet mak (een lastig karakter). [ZND 38 (1942)]
III-1-4
|
28676 |
perszak |
perszak:
pɛrszak (Q002p Hasselt)
|
Poreuze zak van onder meer kaasdoek gemaakt, waarin de ruwe honing wordt verzameld. Men legt deze zak in de honingpers. Onder de druk van de pers komt de honing naar buiten. Wat er uiteindelijk in de perszak overblijft, heeft slechts nog waarde als bemesting. [N 63, 122b; N 63, 122c; monogr.]
II-6
|
33566 |
perzik |
brugnon (fr.):
half perzik - half pruim; fr. brugnon
briejōēël (Q002p Hasselt),
merketon:
cf. Rijnl Markatone, << Sp. Melecoton
markatóng (Q002p Hasselt),
pche (fr.):
peͅš (Q002p Hasselt, ...
Q002p Hasselt),
pèsj (Q002p Hasselt),
peetsel:
pjàà(t)sel (Q002p Hasselt),
pjersel:
pjā`rsəl (Q002p Hasselt),
pjārsəl (Q002p Hasselt),
wijnperzik; cf. Schuermans sub peerdsel
pjḁḁrsel (Q002p Hasselt)
|
[ZND 05 (1924)]bloedperziek || perzik [ZND 05 (1924)] || perzik, soort
I-7
|