e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q113p plaats=Heerlen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
onbruikbaar maken, verbruien bederven: bədèèrvə (Heerlen), begaden: bəgààjə (Heerlen), verhabbezakken: vəràbbəzàkkə (Heerlen), verhoddelen: vərhòddələ (Heerlen), versakkeren: vərsàkkərə (Heerlen) onbruikbaar maken, zijn waarde doen verliezen [verworden, verdraaien, begaaien, verbruien, bederven, verpeuteren, nonen, verballemonden] [N 91 (1982)] III-4-4
onbruikbare voorraad bocht: bóch (Heerlen), prul: pröl (Heerlen), rommel: rómməl (Heerlen) allerlei slechte en onbruikbare voorraad [breggel, plodder, bocht, bagage] [N 89 (1982)] III-3-1
onder de douche staan onder de broes/bruis staan: oŋǝr dǝ bruǝs štoa (Heerlen  [(Oranje-Nassau I-IV)]   [Julia]), poekelen: pukǝlǝ (Heerlen  [(Emma / Oranje-Nassau I-IV)]   [Domaniale, Wilhelmina]) Gebruik was dat de mijnwerkers bij het douchen elkaar de rug wasten. Volgens een informant van Q 121 was dit gebruik op de Domaniale mijn na de Eerste Wereldoorlog (1914-1918) door Duitse werknemers ingevoerd. De informant uit Q 12 zegt dat dit gebruik in België niet bestond. Dit laatste wordt echter tegengesproken door de opgaven van Q 3 voor de mijnen Winterslag en Waterschei en L 422 voor de mijn van Eisden! De informant uit L 417 vermeldt daarentegen dat de mijnen Zwartberg en Waterschei aparte douchecellen kenden en dat het gebruik van elkaar de rug wassen daar niet bestond. [N 95A, 4; N 95, 71; monogr.] II-5
onderbroek onderboks: Zie ook óngerbrook.  óngerbóksj (Heerlen), onderbroek: Zie ook óngerbóksj.  óngerbrook (Heerlen) onderbroek III-1-3
ondereinde van de stam vot: WBD/WLD  vót (Heerlen) Het dikke uiteinde van de stam, onderaan (voet, kont, gat, kop). [N 82 (1981)] III-4-3
ondergoed ondergoed: oongergood (Heerlen), óngergood (Heerlen) 1. lingerie; - 2. ondergoed || ondergoed, onderkleren [t onderdinge] [N 25 (1964)] III-1-3
ondergronds onderaardig: ǫŋǝrēǝdǝš (Heerlen  [(Emma)]   [Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau II, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV]), ondergronds: oŋǝrgronts (Heerlen  [(Oranje-Nassau I-IV)]   [Maurits]), ǫŋǝrgrǫŋs (Heerlen  [(Emma)]   [Maurits]) Beneden in de mijn onder de grond. [N 95, 113; monogr.] II-5
onderhaam onderhaam: ōŋǝrhām (Heerlen) Twee met elkaar verbonden kussens die het paard onder het haam draagt, als dat te groot is. [N 13, 11; monogr.] I-10
onderhandelen in optie hebben: in òpsie han (Heerlen) Inventarisatie uitdrukkingen voor: in onderhandeling zijn over een bepaalde koop [in beding zijn met iemand?] [N 21 (1963)] III-3-1
onderhands onder de hand: onger de hank verkoope (Heerlen) onderhandsch [SGV (1914)] III-3-1