e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q112a plaats=Heerlerheide

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
roepen van de hengst naar de aankomende merrie hommelen: humǝlǝ (Heerlerheide), joechelen: juxǝlǝ (Heerlerheide), kraaien: krīǝ (Heerlerheide), rauwen: røu̯ǝ (Heerlerheide) Bij het naderen van de hengst joechelt (juicht) de merrie naar de hengst, die deze roep op zijn beurt beantwoordt met onder meer te rauwen, hummelen, joechelen e.d. In dit lemma zijn ook de enkele antwoorden uit vraag N 8A, 1c (zachtjes hinniken van de merrie tegen het veulen) ondergebracht, omdat zij enkel in dit kader passen; de gestelde vraag leverde geen enkele specifieke term op. [N 8, 47; N 8A, 1b en 1c] I-9
roeper oproeper: opreuper (Heerlerheide) afslager: Hoe heet bij de openbare verkoping van goederen degene die de verkoping leidt [afslager, uitroeper, roeper?] [N 21 (1963)] III-3-1
roepwoord om de klokhen te lokken kloek, kloek, kloek: kluk, kluk, kluk (Heerlerheide) [N 19, 44c; A 6, 2c] I-12
rok als bovenkledingstuk rok: rok (Heerlerheide) rok als bovenkledingstuk [aoverrok, bovenrok, booveschort] [N 24 (1964)] III-1-3
rok: algemeen rok: rok (Heerlerheide, ... ) vrouwenrok, kledingstuk dat van het middel af naar beneden hangt [rok, schort, schot, malbeusj] [N 24 (1964)] III-1-3
rollen rollen: rǫlǝ (Heerlerheide) De koe tijdens het kalven op de rug wentelen. [N 3A, 50] I-11
rolletje munten cahot (<fr.): kohot (Heerlerheide) rolletje centen of kwartjes of andere munten [knappert, lok?] [N 21 (1963)] III-3-1
rond wittebrood plats: schj=ch van chocolade  plats (Heerlerheide) Plat, rond wittebrood (plats?) [N 16 (1962)] III-2-3
rondhout van een platte kant voorzien een kap met blad maken: eŋ kap met blat mākǝ (Heerlerheide  [(Oranje-Nassau I-IV)]   [Maurits]) Een rondhout geheel of gedeeltelijk van een platte zijde voorzien. Volgens de invuller uit Q 33 werd dit werk op de mijn Emma vooraf in de zagerij gedaan. [N 95, 308; monogr.] II-5
rondslenteren, ronddolen stropen: sjtrèùpə (Heerlerheide), trampelen: trampələ (Heerlerheide), zwabberen: zwabbere (Heerlerheide) lopen: zonder doel rondlopen (over straat) [vendele, zwaddere, rakke] [N 10 (1961)] III-1-2