e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Heerlerheide

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
os os: ǫs (Heerlerheide) Gesneden mannelijk rund [N 3A, 19; JG 1a, 1b; A 3, 37; A 4, 12; L 4, 37; L 20, 12; Wi 16; monogr.] I-11
oud, versleten paard biek: bik (Heerlerheide), knol: knǫl (Heerlerheide), kragge: kraq (Heerlerheide), krammes: kramǝs (Heerlerheide), slachtpaard: šlaxpēǝrt (Heerlerheide), storkel: štǫrkǝl (Heerlerheide) Zie ook het lemma ''benamingen voor het paard naar de leeftijd'' (2.4.1), sub F. [JG, 1b; A 45, 28a; L 5, 36; L 36, 82; N 8, 20, 62f en 62g; monogr.] I-9
oudejaarsavond nieuwjaarsavond: nujôôrsôôvend (Heerlerheide), oudejaarsavond: ouwejaosjaovend (Heerlerheide), ouwəjao.sjaovənt (Heerlerheide), oudjaarsavond: ouwjaors aovent (Heerlerheide), silvesteravond: silvesteraovent (Heerlerheide) Oudejaarsavond [silvesteraovent]. [N 06 (1960)] III-3-2
oudejaarsdag oudejaarsdag: ouwejaosjdaag (Heerlerheide), ouwejôôrsdaag (Heerlerheide), ouwəjao.sjdaag (Heerlerheide), oudjaarsdag: ouwjaors dáág (Heerlerheide) Oudejaarsdag. [N 06 (1960)] III-3-2
overall overall (eng.): euveral (Heerlerheide), overal (Heerlerheide) overall, werkpak uit één stuk [N 23 (1964)] III-1-3
overdreven harde werkers woeleren: wȳlǝr (Heerlerheide  [(Oranje-Nassau I-IV)]   [Emma]) Te hard werken werd door de collega''s lang niet altijd gewaardeerd. Dat blijkt uit de meeste woordtypen in dit lemma. [N 95, 912] II-5
overgevoelig paard janker: jaŋkǝr (Heerlerheide), kwiekerd: kwīkǝrt (Heerlerheide) Paard dat bij het zien van mensen geluiden en bewegingen maakt, maar zonder kwaadaardigheid. [N 8, 94e] I-9
overhemd hemd: humme (Heerlerheide), overhemd: euverheemp (Heerlerheide) overhemd [ingels hemd, sporthemd, frontj] [N 23 (1964)] III-1-3
overhoef gespel: gespel (Heerlerheide), overhoef: ȳǝvǝrhōf (Heerlerheide) Verdikking van het kroonbeen boven de hoef. De knobbels op de kroonrand kunnen het gevolg zijn van eigen kroonbetrappeling, verstuiking en misstappen op een oneffen boden, of door betrappeling van andere paarden, vooral bij het draaien op het veld. Als deze beenwoekering groot van omvang is, wordt het kroongewricht stijf en gaat het paard kreupel. Zie afbeelding 14. [N 8, 90m] I-9
overjas (alg.) overjas: őverjas (Heerlerheide) overjas, lange ~, dik en warm [euverpalto, palzeer, jaager] [N 23 (1964)] III-1-3