e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Heers

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
lap lap: llap (Heers) lap [ZND A1 (1940sq)] III-1-3
laster klaptongerei: ook materiaal znd 30, 01  klaptongəree (Heers) laster [ZND 01 (1922)] III-1-4
lastig (werken) lastig: ook materiaal znd 30, 02  lestich (Heers) lastig [ZND 01 (1922)] III-1-4
laten laten: loewete (Heers), loewte (Heers) laten [ZND 08 (1925)], [ZND 25 (1937)] III-1-2
laten wijden laten wijden: loate weije (Heers, ... ), laten zegenen: loate zeegenen (Heers) Een kruisbeeld, een heiligenbeeld(je), een kaars laten wijden/zegenen. [N 96B (1989)] || Een rozenkrans, een scapulier, een medaille, een kruisje laten wijden/zegenen door een priester. [N 96B (1989)] || Een voertuig (auto/wagen) laten wijden/zegenen, op of rond het feest van St. Christoffel (25 juni). [N 96B (1989)] III-3-3
latwerk kruiwagelleer: krɛ̄wǭgǝllei̯ǝr (Heers) Latwerk dat op de berries van de kruiwagen gelegd werd, ten einde het laadvlak te vergroten. [N 18, 101; JG 1d] I-13
lauw lauw: loə wɛtər (Heers) Lauw. Lauw water [ZND 37 (1941)] III-4-4
leeftijd, ouderdom ouderdom: aaderdom (Heers), ādərdom (Heers) ouderdom [ZND 05 (1924)] || ouderdom; op zijn - [ZND B1 (1940sq)] III-2-2
leeg, niets bevattend leeg: lɛix (Heers) Leeg. Mijn glas is ledig [ZND 37 (1941)] III-4-4
leegloper straatloper: ook materiaal znd 30, 4  stroewetlaoper (Heers) leegloper [ZND 01 (1922)] III-1-4